De zegeningen van internet zijn groot voor de boekenverzamelaar, maar er kleven ook nadelen aan het medium: 1. sneupen is niet mogelijk; en 2. de vreugde om het na jaren zoeken eindelijk vinden van een boek is een zeldzaam verschijnsel geworden, nu zo’n beetje alle in Nederland en Vlaanderen tweedehands aangeboden boeken binnen een paar seconden op te sporen en middels een muisklik te bekomen zijn.

Dankzij het sneupen heb ik heel wat leuke ontdekkingen gedaan, heel wat schrijvers leren kennen van wie ik anders waarschijnlijk nooit zou hebben gehoord. Zo stuitte ik tijdens het zoeken in dozen ongesorteerde boeken op een werkje van de mij onbekende Herbert Leupen: Toeten & blazen. Het was geen roman, verzameling verhalen of dichtbundel, nee, het betrof hier een handboek voor versierders. Ik besloot tot aankoop na het lezen van de flaptekst. Achterop Toeten & blazen staat een foto van de breed glimlachende auteur in zwembroek, pootjebadend, hand in hand met een grotendeels van de foto afgesneden vrouw. De begeleidende tekst luidt: ‘Herbert Leupen, de schrijver van Toeten & Blazen, betrapt tijdens het testen van paragraaf drie hoofdstuk dertien.’

Het was maart 1982 (ik vermeld altijd maand en jaar van aankoop in mijn boeken); ik was dus pas twintig, maar ondanks de oubolligheid van de in 1965 door de Arbeiderspers uitgegeven flauwgeestigheden, vond ik het een fijn boekje. Van de schrijver ervan wilde ik dus meer lezen, maar de bibliotheek bleek geen werk van de man te bezitten, waarop ik hem min of meer vergat. Tot ik in juli 1985 op een boekenmarkt mag ik effe ademhalen in handen kreeg, volgens het voorplat ‘het levensverhaal van de roemruchte rasjordaner paul rollman’, geschreven door Paul Rollman en Herbert Leupen. Gekocht, aardig boekie, niet echt iets voor mij. Opmerkelijk: achterin geeft Herbert Leupen aan dat het mogelijk is om ook het levensverhaal van de lezer door hem te boek te laten stellen: ‘Voor een persklaar manuskript van 80.000 woorden (de omvang van dit boek) komt dat neer op een bedrag van fl. 15.000,–, verrekenbaar met mijn royalties-aandeel.’ Minstens zo interessant vond ik de slotzin van de flaptekst: ‘Van Herbert Leupen verscheen in 1969 bij De Bezige Bij: Muis in de Melk (leuke verhalen) en Daho Zonder Tulband (de spannende biografie van Daho Aboe VI).’

Muis in de Melk, dat wilde ik wel eens lezen. Waar ik tegenwoordig via een site als boekwinkeltjes.nl of antiqbook.nl binnen no time het boek in mijn bezit zou hebben gehad, daar moest ik er nu echt lijfelijk naar op zoek op boekenmarkten, rommelmarkten en in antiquariaten. Bijna elf jaar duurde mijn zoektocht: in maart 1996 had ik het zo lang verbeide kleinood eindelijk in handen. De vreugde die ik ervoer toen ik het boekje zag, de even in mijn keel stokkende adem, de hebberige vingers waarmee ik de bundel haastig oppakte in de angst dat een andere liefhebber ermee vandoor zou gaan – al die emoties zijn afwezig wanneer een via internet besteld boek door de postbode bij mij wordt thuisbezorgd. Het heerlijke gevoel van vervulling dat me doortrok toen ik na al die jaren eindelijk met Muis in de Melk in mijn rookstoel ging zitten. Dat tijdens lezing al snel bleek dat de verwachtingen wat te hooggespannen waren geweest – ach, een kniesoor. En al viel het boek me dan misschien wat tegen, feit blijft dat er prachtige dingen in staan, formuleringen die ik niet graag zou hebben gemist, zoals deze, op pagina 136: ‘Hun korte rokjes waaien op, benen zonder vormen nog. Kwajongens met een kutje.’

Karel ten Haaf