Wraak op het Deense platteland

Als je een kind vertelt dat de wereld ’s nachts gevaarlijk is, zal hij bang worden voor het donker en een ruisend blaadje begrijpen als een voetstap van een naderend monster. Als een schrijver een afgelegen oud krakkemikkig huis beschrijft met een vreemdeling die ’s nachts door de tuin loopt, weet de lezer dat hij een boek gaat lezen waarin angst voorop staat. In De kop is eraf, de nieuwe roman van de Deense schrijver Erling Jepsen gaat de vreemdeling niet weg. Sterker nog: hij komt als geroepen en wordt hartelijk binnengelaten.

De veertienjarige Emily is verhuisd van de grote stad naar het platteland en verveelt zich. Haar moeder is net gescheiden en kan ook wel een verzetje gebruiken. Emily is ontheemd, voelt zich alleen, draagt de zorg voor haar angstige en fantasierijke broertje en soms ook voor haar dronken moeder. Ze voelt zich schuldig over de scheiding van haar ouders, omdat ze die in haar ogen zelf in gang heeft gezet. De enige buurvrouw in de wijde omtrek, die tevens de huisbaas is, is een oude vrouw die slecht ter been is.

Om de tijd te doden maakt Emily een collage van haar huis als een middeleeuws kasteel met een gracht eromheen. In de kasteeltuin lopen onthoofde mensen en dieren zonder kop. Ze noemt de collage ‘plattelandsidylle’. Haar leraar zegt over de collage dat het griezelige en het komische heel dicht bij elkaar liggen. Dat geldt niet helemaal voor De kop is eraf. Er is wel humor aanwezig in deze roman van Jepsen, maar die speelt een beduidend kleinere rol dan de gruwel en de ellende. Deze ‘plattelandsidylle’ heeft vanaf het begin een nogal grimmige ondertoon.

Midden in de zomervakantie verschijnt de vreemdeling in De kop is eraf. De knappe, charismatische Anders. Hij zegt dat hij vroeger zelf in het huis gewoond heeft. Anders verdwijnt soms midden in de nacht, maar hij komt altijd terug en palmt iedereen in het gezin vrij snel in. Binnen de kortste keren is Anders de nieuwe tuinman en slaapt hij in de logeerkamer. Voor moeder en dochter is Anders in eerste instantie een welkome afleiding. Moeder wordt verliefd, maar Anders ziet meer in de dochter. Hij wint de sympathie van Emily door haar te laten inzien dat ze haar woede over haar ouders zou moeten uiten.

Wat volgt is een spannend beschreven machtsspel, waarbij de ongrijpbare Anders iedere keer een stap verder is dan moeder, zoon en dochter. Bovendien blijkt zijn bezoek (natuurlijk) niet zo onschuldig en spontaan als hij doet voorkomen. Wie is deze Anders? Is hij wel wie hij zegt dat hij is? Jepsen beschrijft een bizarre, maar geloofwaardige aaneenschakeling van griezelige en komische voorvallen die het hele gezin in wanhoop achterlaat.

In De kop is eraf wordt de spanning zorgvuldig opgebouwd. De manier waarop Jepsen gestalte geeft aan de frustratie van kinderen die lijden onder hun ouders is prachtig beschreven – zonder dat het al te psychologisch geduid wordt. Emily en haar broertje zijn net als Anders slachtoffer van hun opvoeding. Ze kregen te weinig of verkeerde aandacht en er werd te veel van hen verwacht. Dat moet gevolgen hebben, zo lijkt Jepsen met dit verhaal te zeggen. Het is niet de schuld die een belangrijke plaats inneemt, maar de wraak. Wraak nemen op je ouders door precies te doen waarvoor ze je wilden behoeden.

De huidige economische crisis speelt ook nog een bijrol: door de dalende marktprijzen kunnen de ouders van Emily hun oude huis niet verkopen waardoor ze gedwongen worden om nog een half jaar samen te wonen. Een wrang, ironisch voorbeeld van de gevolgen van grote gebeurtenissen voor het alledaagse leven. Verder doet het boek nauwelijks uitspraken over de wereld. Daarvoor drijft het te veel op de angstaanjagende vreemdeling. De roman ontaardt uiteindelijk in een ondergrondse horrorscène in de stijl van Poe, compleet met een bloederige moord.

Het is knap van Jepsen dat het verhaal toch verrast. Jepsen maakt gebruik van de onderdelen van een griezelverhaal die iedere lezer kent: afgelegen streek, slecht gebouwd huis, angstig iemand etc. Het gevaar van een genre als de gothic novel is dat het een invuloefening wordt, waarin het decor daadwerkelijk decor blijft en niet meer is dan de aangever van angst of afschuw. Toch is dit niet een doorsnee griezelverhaal. Jepsen heeft met De kop is eraf een moderne en eigenzinnige variant geschreven op een genre dat nooit uitgeput lijkt te raken.

Rieuwert Krol

Erling Jepsen- De kop is eraf. Cossee, Amsterdam. 270 blz. € 19,90.