Aanstaande zaterdag begint in Utrecht het Slauerhoff-festival. Op de openingsavond presenteert Slauerhoff-kenner Menno Voskuil een bundel ongepubliceerde gedichten van de schrijver die in 1936 overleed. Tzum stelt Voskuil alvast enkele vragen.

Je hebt een keuze gemaakt uit de ongepubliceerde gedichten van Slauerhoff. Dat deed je al eerder. Hoeveel ongepubliceerd werk is er nog?

Voor de festivaluitgave Het Heele leven is toch verloren heb ik een keuze gemaakt uit de ongebundelde gedichten van Slauerhoff. Een aantal van deze gedichten zijn tijdens zijn leven verschenen, maar de samensteller van de Verzamelde gedichten, Kees Lekkerkerker, heeft deze niet opgenomen. Het merendeel werd echter pas na Slauerhoffs overlijden gepubliceerd in tijdschriften of als bibliofiele uitgave. Een groot aantal van deze gedichten is onvoltooid gebleven, er ontbreken woorden of soms zelfs volledige zinnen. Ondanks de ruwe, ietwat schetsmatige staat zijn de gedichten zeer de moeite waard: de vorm mag dan wel gebrekkig zijn, inhoudelijk kunnen de gedichten zich meten met Slauerhoffs beste werk.

Naast de festivaluitgave verschijnt er een klein bibliofiel bundeltje, Chanson Violette, bij De Boktor. Hiervoor selecteerde ik enkele vroege ongepubliceerde bewerkingen naar het werk van A. Samain, de Franse symbolist die van grote invloed op Slauerhoff is geweest. De Verzamelde gedichten openen met de sectie ‘Naar Samain’, en de gedichten uit Chanson Violette vormen hier een mooie aanvulling op.

Is het duidelijk dat dat werk bestemd was voor publicatie? Lagen de gedichten netjes uitgetypt in een mapje?

In de beroemde scheepskist van Slauerhoff, gevuld met vele manuscripten en kladjes, bevinden zich nog een aantal ongepubliceerde gedichten of varianten op eerder gepubliceerd werk, die de moeite van het ontcijferen zeker waard zijn. Slauerhoff is altijd bijzonder slordig geweest, en dat komt goed naar voren in de manier waarop hij zijn poëzie schreef: het archief is een grote wirwar van afgescheurde velletjes handschrift. Wat dat betreft kunnen literatuurhistorici en letterkundigen hun lusten hier nog uitgebreid op gaan botvieren.

Hoe verklaar je dat bijna tachtig jaar na zijn dood Slauerhoff nog steeds populair is?

Slauerhoff schreef over grote emoties: de onbereikbare liefde, de verdoemde dichter, rusteloos reizen, enzovoort. Wat dat betreft kunnen lezers vandaag de dag zich nog steeds herkennen in zijn werk. Nergens doet het gedateerd aan. De inhoud staat bij Slauerhoff voorop, de vorm is soms slechts een bijkomstigheid. Niet dat de vorm voor Slauerhoff per definitie op de achtergrond stond, maar in veel van zijn werk valt een zekere slordigheid te bespeuren, die eigen aan de persoon van de dichter was. Ter Braak noemde het slordigheid ‘van binnen uit’, symbool van zijn ‘aardsch dichterschap’.

Wat vind jij het meest fascinerende aan zijn werk?

Voor mij persoonlijk behoort de poëzie van Slauerhoff tot het beste uit de Nederlandse literatuur. Geen dichter spreekt zo tot de verbeelding als deze rusteloze, ongedurige scheepsarts. Slauerhoff neemt je als lezer mee op zijn zoektocht naar het ultieme, in de wetenschap dat hij het toch nooit zal vinden. Hij beschouwde zichzelf als een gedoemde dichter, in de traditie van Villon en Rimbaud. Wat dat betreft was hij een dichter met internationale allure (alhoewel zijn werk toch slechts mondjesmaat is vertaald).

Wat ga je zaterdag doen?

Zaterdagavond wordt de festivaluitgave gepresenteerd die ik samen met Arie Pos heb samengesteld. Pos en ik worden, voorafgaand aan een optreden van de Portugese Fadozangeres Cristina Branco, ondervraagd over deze uitgave, gevuld met gedichten, onbekende correspondenties en een bewerkte heruitgave van het Dagboek van Slauerhoff.

Het programma van zaterdag is al uitverkocht. Kijk voor het programma van het hele festival hier.