Nog erger dan de Tokkies

Dankzij de vele positieve publiciteit de afgelopen weken (onder meer met een lang essay in NRC Handelsblad waarin uitgelegd waarom de Belgen beter zijn) is de roman De helaasheid der dingen van Dimitri Verhulst al aan zijn derde druk bezig. In twaalf hoofdstukken, allen te lezen als aparte verhalen, geeft de schrijver een (hoop ik) fictieve weergave van zijn jeugd. De familie Verhulst bestaat uit een aantal ooms (nonkels) die nog bij hun moeder wonen of omdat ze niet beter weten of omdat een vrouw hen verlaten heeft (zoals de moeder van Dimitri). Grootmoeder houdt grootmoedig het hoofd koel tussen de vloekende, rokende en zuipende bende en Dimitri heeft zijn jeugd gelukkig ook overleefd om het later nog eens op te schrijven.

Plaats van handeling is Reetveerdegem, een klein Vlaams plaatsje waarvan de lezer vooral veel te weten komt over het kroegleven. Zo weet een van de nonkels zich het Guinness Book of Records in te drinken bij het wereldrecord zuipen. Een jongere oom organiseert daarop een Tour de France, maar dan in drank en drinkt zich comateus.

De jonge Dimitri staat erbij en kijkt ernaar. Over zijn innerlijke zieleroerselen komen we niet heel veel te weten. Pas laat in het boek blijkt dat hij erg veel hardloopt en dat hij niet graag heeft dat zijn vader hem aanmoedigt tijdens wedstrijden. Dat gebeurde al nooit omdat hij te laveloos was, maar als hij na drie maanden ontwenningskliniek toch opeens dreigt op te dagen, hebben zijn ooms alweer een kroegtocht voor hem bedisseld. ‘En ik ben die middag met splinternieuwe spikes gaan lopen zonder de druk van een supporterende vader op mijn schouders.’ Het zijn van die kleine zinnetjes die de hoofdpersoon psychologiseren. Voor de rest blijft de focus toch voornamelijk liggen op zijn familie.

De helaasheid der dingen is een uiterst komische roman. Dat komt door de groteske vormen die de familie aanneemt. Ze lijken nog erger dan de Tokkies te zijn, maar wie hen asociaal noemt kan op een levenslange haat rekenen. Van de Verhulsten blijf je af. In het laatste hoofdstuk, Dimitri heeft zijn eigen vader inmiddels al naar het graf gebracht en zit opgescheept met een zoontje dat hij eens in de twee weken ziet, weet de schrijver dat hij al ver van zijn familie is afgedreven. Als hij met zijn zoontje zijn ooms weer eens opzoekt in een café in Reetveerdegem, blijkt dat ze niet dezelfde taal meer spreken. Hij beschermt zijn zoon zelfs tegen de slechte invloed van zijn ooms (die hem al een soort kinderbiertje voorzetten en laten gokken). De afstand die de schrijver daar voelt, heeft de lezer in de voorgaande hoofdstukken niet gemerkt. Het dialect, de rauwe grappen en de zwier waarmee deze roman verteld is, maakt me nieuwsgierig naar het eerdere werk van Verhulst, dat ik, naar nu blijkt ten onrechte, nog niet gelezen heb.

Coen Peppelenbos

Dimitri Verhulst – De helaasheid der dingen. Contact, Amsterdam. 208 blz. € 18,95

Verscheen eerder op Literair Nederland, 13 februari 2006.