Kiezen tussen chocolaatjes en de bijbel

Treindromen van Denis Johnson zet heftig in. De hoofdpersoon Robert Granier neemt deel aan een lynchparty van een Chinees. De man weet echter net op tijd te ontkomen, maar vanaf dat moment denkt Granier dat er een vloek op hem rust. Dat die vloek jaren later uitkomt, blijkt als zijn vrouw en dochter omkomen bij een alles verwoestende brand die een heel dorp van de kaart veegt.

Door de ogen van Granier beleef je de eerste helft van de negentiende eeuw. Hij helpt bij het aanleggen van de spoorlijn, hakt bomen en is een groot deel van zijn leven omringd door ruw werkvolk. Op het moment dat zijn familie bij de brand omkomt is hij ver weg, het enige wat hij terugvindt zijn wat rudimentaire bezittingen tussen het as. Daartussen ironisch genoeg de houtkachel.

Hij zette hem rechtop en wrikte aan de handgreep. De scharnieren braken af en de deur liet los. Binnenin lag een blok berkenhout, nauwelijks verkoold. ‘Gladys!’ zei hij hardop. Alles wat hij had liefgehad, lag om hem heen in de as, maar dit hier had ze aangeraakt en vastgehouden.

Het is een van de weinige fragmenten waarin de emotie enigszins expliciet wordt beschreven. Voor de rest moet je de rouwgevoelens opmaken uit zijn daden. Granier gaat leven op de plek waar zijn familie is omgekomen, met een hond als enig gezelschap. Een nieuwe vrouw zoekt hij niet meer.

Wat me stoort in het verhaal zijn de religieuze en metafysische oprispingen. Zo ziet hij in een visioen wat er gebeurt is tijdens de ramp. Zijn vrouw vlucht met haar dochtertje in de richting van de rivier. Ze heeft chocolaatjes meegenomen en de bijbel.

Toen ze een hand nodig had om op te steunen bij het afdalen langs de rotsachtige oever, gooide ze de bijbel weg in plaats van de chocolaatjes. Deze onthulling van haar onverschilligheid jegens God, de Vader van Alles, werd haar ondergang.

Ik vergoelijkte die gedachte binnen dat visioen dat oude schrijvers nu eenmaal dit soort goddelijke wraakgevoelens in de gedachten van hun hoofdpersonen laten opkomen. Ik was in de veronderstelling dat Treindromen net als Stoner een heruitgave was van een roman die decennia geleden uitgekomen was. Pas later kwam ik er achter dat Johnson een van de genomineerden was die in 2012 genomineerd was voor de Pullitzer Prize (die niet werd uitgereikt).

Dat er een ander visioen (of droom) komt waaruit blijkt dat zijn dochtertje misschien leeft, ik zal niet zeggen hoe omdat dat te veel van het verhaal weggeeft, is opnieuw een stap buiten het realisme van de rest van deze novelle die toch vooral het weerbarstige leven van een eenling in barre omstandigheden weergeeft.

Treindromen wordt door enorm veel mensen bejubeld. Ik kan daar niet zo goed in mee gaan. Granier blijft voor mij toch te veel een figuur op afstand. Dat geldt ook voor de andere personages binnen dit boek. Ze komen langs en verdwijnen weer uit het verhaal. In die zin blijft Granier de eenling die hij altijd al was.

Coen Peppelenbos

Denis Johnson – Treindromen. Vertaald door Maarten Polman. Anthos, Amsterdam. 94 blz, € 12,95.