Pornografie (zonder plaatjes) in boekvorm is hot. Tijd om de door mij in de loop der jaren geschreven pornoverhalen te bundelen.

Ik meende me te herinneren ooit een min of meer pornografisch verhaal te hebben geschreven op verzoek van muzikant Peter van der Heide, een verhaal dat op muziek gezet werd. In de stapel oude schrijfsels vond ik de gefotokopieerde uitgave – een dubbelgevouwen A4-tje, tweezijdig bedrukt – van HELLO GRONINGEN! podiumverhaal ‘(geschreven op verzoek van Peter R. van der Heide voor het programmaonderdeel “Never cross a horse with a loose woman” (John Lennon) van zijn Vrije Hand op 12 januari 1994 in Huize Maas)’. Hierin inderdaad een tweetal pornografisch aandoende alinea’s:

Het vriest in haar slaapkamer: hartje winter en geen kachel of cv. Toch zijn binnen een kwartier de ijsbloemen van de ramen verdwenen. Dat is waarschijnlijk slechts voor een bescheiden gedeelte aan mijn befwerk te danken, en voor het overgrote deel aan het fanatisme waarmee ze me afzuigt. Afknaagt is misschien een beter woord – balancerend op het randje, op de grens tussen pijn en genot, laat ik mij langdurig de eikel beknabbelen alvorens ik haar penetreer.

Ik word wakker met een brandende eikel en onder de douche gil ik het bijna uit van de pijn. Verdoofd als ik was door de alcohol, heb ik de avond tevoren niet beseft dat ze tijdens het pijpen dóórbeet.

Ze heeft me voorgeperforeerd voor een cock-ring, denk ik, en ik confronteer haar met mijn gevoelige geslacht.

“Ach ja,” zegt ze laconiek, “soms ben ik wat overenthousiast.”

(Best een geinige passage, even afgezien van de enormiteit: een cockring – zonder streepje – gaat niet door de eikel, maar wordt rond de lul geschoven.) Of ik deze regels ooit heb voorgedragen durf ik niet met zekerheid te zeggen. De uitgave vermeldt namelijk:

De 12 januari ’94 op muziek voorgedragen tekst wijkt hier en daar af van de hierboven afgedrukte versie. (KtH)

Het verhaaltje (de ‘gastcolumn’) – ‘In de oorverdovende stilte’ – dat ik in het Simplon Magazien van februari [1994] publiceerde, en dat in mijn herinnering ook een seksverhaal zou zijn, bevat slechts een halve zin, de laatste, die met veel goede wil gerekend kan worden tot het genre seksproza:

niet alleen haar neus wipt leuk.

Slechts één echt pornoverhaal zag ik gepubliceerd. In TUK, ‘Nederlands Lekkerste Nachtblad’. Ik schreef het omdat ik er een beetje zat van werd dat mij tijdens optredens in cafés vaak werd toegesist of -gebeten dat mijn gedichtjes pornografisch waren. Mijn plan was: een verhaal in een seksblad publiceren, en zodra er weer een opmerking uit het publiek kwam dat tijdschrift uit mijn tas halen, zeggen: ‘Nee hoor. Dit is pornografie’ en het verhaal voorlezen. Het is er nooit van gekomen, want het publieke gemor deed zich niet meer voor. In het begeleidend schrijven aan de redactie meldde ik dat mijn verhaal ‘Droogneuken’ gratis in het blad mocht worden geplaatst, maar dat ik wel graag een bewijsexemplaar zou ontvangen. Bovendien, zo onderstreepte ik, moest het verhaal onder mijn eigen naam worden gepubliceerd. En aldus geschiedde: in de ‘26e jaargang Nr. 5’ [1995] staat – in de rubriek ‘verhaal van een lezer’ – mijn bijdrage. Typerende passage:

Ik loop op haar toe om haar te omhelzen, maar mijn Katje zegt: “Nee, eerst kijken hoe ik het met mezelf doe. Dat windt me op.”

“Dat is dan wederzijds,” zeg ik en ga op de rand van het waterbed zitten.

Mijn Katje streelt haar borstjes, haar tepels worden stijf. Haar rechterhand beweegt zich langzaam, cirkels beschrijvend over haar platte buik, in de richting van haar geschoren schaamstreek. Ze streelt haar dijen, doet haar benen wijd en speelt met haar kittelaar.

“Kijk,” zegt ze hortend, “kom dichterbij en kijk.”

Met graagte voldoe ik aan haar verzoek.

Pal onder mijn neus ligt de schoonheid zich te vingeren, vlak voor mijn ogen komt ze klaar.

Droogneuken karel ten haaf

(Erg veel ‘haar’ voor een ‘geschoren schaamstreek’.) Dit van alle humor gespeende rechttoe-rechtaan-rampetampproza, handelend over ‘de Immer Aangeschoten Auteur’ die voor de verandering zonder een druppel gedronken te hebben in bed belandt met een fraaie vrouw, maakte ondanks de saaiheid in kleine kring furore: mijn huisgenoten van destijds, Erik Nieuwenhuis en Sako Kiers, oprichters en redacteuren van het literaire tijdschrift Schrijver & Caravan, citeerden vaak en met graagte de slotzin van mijn bijdrage aan TUK (voor een goed begrip van hun enthousiasme is het van belang te weten dat ik toentertijd regelmatig het podium betrad, of flessen rode wijn ledigde, met collega-dichter Bart FM Droog). Die tot grote hilariteit aanleiding gevende slotzin luidt:

Droog neuken kan ik ook.

Na raadpleging van mijn archief moet ik concluderen dat mijn Verzamelde Porno een erg dun boekje wordt: behalve het uit 1997 stammende, ongepubliceerde verhaal ‘Gleuf, heupen, LIEVDE’ – dat in tegenstelling tot ‘Droogneuken’ zeer zeker het bundelen waard is – heb ik geen enkel verhaal dat in aanmerking komt voor opname. Ik zal dus nieuw seksproza moeten afscheiden wil ik een uitgave van redelijke omvang op de markt kunnen brengen. En daarom heb ik mij gezet aan het schrijven van ‘Met de ballen bloot’, want dat bestsellende seksboekje zal en moet er komen.

(wordt vervolgd)

Karel ten Haaf