Op 11 april 2014 verscheen het boek Horizon City van Jaap Scholten, waarin de familiegeschiedenis van de auteur is opgetekend. Scholten komt uit een geslacht van Twentse grootindustriëlen. Jan Cremer (geboren in Enschede) uitte na het verschijnen van het boek forse kritiek op Scholten in de Twentse krant Tubantia. Hij verwijt de auteur dat hij heeft nagelaten om melding te maken van het strafkamp voor NSB’ers, dat na de bevrijding werd ingericht op het terrein van de familie Scholten aan de Haaksbergerstraat.

Jan Cremer heeft als vijfjarig jongetje in het strafkamp gezeten, samen met zijn moeder. Het is misschien niet de meest bewonderenswaardige periode uit de historie van de Scholtens, maar wel een heel belangrijke. Cremer vindt het dan ook onvoorstelbaar dat de schrijver aan deze gebeurtenis voorbij is gegaan:

Geen woord over dit beruchte kamp in hun fabriek aan de Haaksbergerstraat, waar in 1945 een half jaar lang zo’n 1.500 geïnterneerden door het rapalje van de BS (Binnenlandse Strijdkrachten, red.) – het naoorlogs verzet – in erbarmelijke omstandigheden werden opgesloten en mishandeld.

Uitgeverij AFdH, die Horizon City publiceerde, zegt dat Scholten er niet bewust voor heeft gekozen het strafkamp niet te noemen in zijn boek. Of toch wel, maar niet met verkeerde bedoelingen, want uitgever Paul Abels laat in de toelichting vervolgens ook weten:

Scholten benadrukt dat je als schrijver keuzes maakt, en het weglaten van het strafkamp in zijn boek is er daar een van – je kunt nu eenmaal niet overal over schrijven.

Op het omslag van het boek staat dan ook nadrukkelijk dat Horizon City ‘een onvolledig en historisch niet noodzakelijkerwijs altijd correct portret van een familie’ is.

Horizon city quote

Jaap Scholten neemt de kritiek van Cremer in ieder geval serieus. Aan de tweede druk van Horizon City wordt een addendum toegevoegd waarin hij alsnog zal ingaan op het strafkamp en de rol daarvan in de geschiedenis van de familie Scholten.