Voorlezen aan medereizigers

Met een boek over boeken treedt Jean-Paul Didierlaurent in de voetsporen van o.a. Walter Moers (Stad der dromende boeken), Bernard Schlink (De Voorlezer) of Carlos Ruiz Zafón (Schaduw van de wind). Didierlaurent voegt in zijn debuut bovendien een scheutje Amélie Nothomb toe en dat maakt dit boek alvast een aanrader.

didierlaurent voorlezerIn zijn debuut beschrijft Didierlaurent (1962) het leven van Guylain Vignolles, een onopvallende jongeman, die zijn goudvis verzorgt en eenmaal per week, op donderdag, zijn moeder bezoekt. Ook op professioneel gebied overstijgt zijn leven zelden het alledaagse. Hij neemt dagelijks de trein van 6:27u naar zijn werk, waar hij als operator van de Zerstor 500 de hartverscheurende taak heeft om boekenoverschotten te vernietigen. Genadeloos vermaalt de machine winkeldochters en literatuur waar niemand meer naar omkijkt. En dat doet Vignolles pijn, want hij houdt van boeken en lezen. Zijn beperkte daad van opstandigheid bestaat er dan ook in om het beperkt aantal bladzijden dat ontsnapt aan de malende kaken van Zerstor mee te smokkelen en deze tijdens zijn ochtendlijke treinrit voor te lezen aan de medereizigers.

Didierlaurent slaagt er echter in om dit alledaagse verhaaltje niet te laten verzanden in een triviale verplaatsing van punt a naar b. Hij introduceert personages en feiten die op zijn minst merkwaardig te noemen zijn. De vergelijking met Amélie Nothomb dringt zich dan ook op, en ik ben natuurlijk niet de eerste om parallellen te vinden in beider werk. Giuseppe is de vorige operator van de Zerstor 500, die tijdens een werkongeluk zijn beide benen verliest. Hij ontdekt dat de papierpulp (en zijn vermalen benen) gebruikt werd om het boek Tuinen en moestuinen van weleer te drukken. Vanaf dat moment bestaat zijn levensdoel erin om deze editie van 1249 boeken te verzamelen. Exemplaar na exemplaar sprokkelt hij op deze manier zijn benen weer samen. Vignolles helpt Giuseppe bij deze zoektocht en op zijn beurt zal deze Guylain helpen bij zijn zoektocht naar de schrijvende toiletdame Julie.

Vignolles vindt immers op zijn vaste treinplek een usb-stick die het manuscript bevat van ene Julie. In gevatte observaties beschrijft zij haar leven en werk in een niet-nader bepaalde shopping mall. Een voorbeeld van deze observaties lees je op pagina 143 waar ze beschrijft hoe haar tante (‘een wandelende encyclo’plee’die’) toiletgeluiden onderverdeelde in drie categorieën.

Allereerst de edelen geluiden, een charmante noemer waaronder ze discrete geluiden rangschikte als het losgespen van een riem, het zachte lied van een rits die opengaat, de droge klik van een drukknoop die wordt losgetrokken, en niet te vergeten het fluwelen ruisen en ritselen van stoffen als zijde, nylon en katoen als ze langs de huid zingen. Dan komen de camouflagegeluiden zoals zij ze noemde.

Tijdens zijn zoektocht naar Julie maken we kennis met de bejaarde Josette en Monique Delacôte die net zoals Vignolles dagelijks de 6:27 nemen. Ze vragen hem om elke zaterdag voor te komen lezen in de residentie waar ze hun oude dag doorbrengen. Al snel laat Vignolles zich vervangen door Yvon Grimbert, de portier van de fabriek waar hij werkt. Deze wint het aanwezige publiek snel voor zich door de alexandrijnen waarin hij zich uitdrukt, een expressie die meer dan eens voor gefrons zorgt bij de bezoekers die zich aanmelden bij de fabriek. Zo moet een chauffeur die zich aanbiedt tijdens de pauze maar beseffen dat hij moet wachten tot Grimberts pauze voorbij is:

Een hele trits chauffeurs kent mij toornig en vergramd,
Maar komt u hier op tijd, weet u dan blij omarmd.
Uw lading lever af, die woeste blik verdrijf?
Verjaag de smart van uwe late komst bij dit bedrijf.

Het spreekt voor zich dat Guylain zijn Julie op het einde vindt, maar dit is spijtig, want dit betekent ook dat Didierlaurent zijn boek eindigt. Als lezer wou ik gerust nog enkele uren langer ondergedompeld blijven in de taal en fantastische personages van deze auteur waarvan ik in de toekomst nog veel hoop te lezen.

Yves Joris

Jean-Paul Didierlaurent – De voorlezer van 6:27. Vertaald door Richard Kwakkel. Xander, Amsterdam. 184 blz. € 17,95.