Het kan natuurlijk een dwaalspoor zijn, maar waarschijnlijk is Carel Helder de schrijver achter Hendrik Groen. Niet alleen is Chrétien Breukers ervan overtuigd in zijn recensie van C.V. van Carel Helder (‘Het lijkt me na lezing van C.V. onmogelijk dat hij niet de schrijver is van diens geriatrische dagboeken.’) maar zit nog een kleine aanwijzing in C.V.

Een advertentiepagina namelijk, let op de volgorde:

groen in cv

Aan de andere kant staat in het nieuwe deel van Hendrik Groen (Zolang er leven is, dat volgende week in de winkel ligt) een aanprijzing van C.V.:

Laatst gelezen boek: CV van Carel Helder. Een prachtig van-alles-en-nog-wat-boek waarin geen bejaarde te bekennen is. En, wat ik steeds prettiger vind: losse korte stukken. Het lezen wordt namelijk een beetje een probleem. Ik dommel er nogal eens bij weg, zelfs al is het een mooi boek. Ik heb geen burn-out maar een beginnende burn-op, vrees ik.

Er komt in dit deel overigens ook een meneer Helder voor in het verzorgingstehuis van Hendrik Groen:

Meneer Helder is een wijs man, en aardig bovendien.

In het eerste deel van Hendrik Groen leek er ook al een verwijzing te zitten:

Om met C.A. Helder te spreken: ‘Portier c’est mourir un peu.’

Een grap overigens van Fons Jansen.

Er komt overigens geen deel drie van Hendrik Groen, want Hendrik Groen is bezig met een roman laat hij in Zolang er leven is weten.

Om het dreigende gat op te vullen en de lenigheid van geest te bewaren heb ik mezelf een nieuwe uitdaging gesteld: ik ga in januari aan een roman beginnen. Ik heb tot nu toe alleen nog maar bedacht dat mijn boek zal gaan over twee oudere mannen. Oude mannen

zijn nou eenmaal mijn specialiteit. Ze zullen onontkoombaar een beetje op Evert en Hendrik lijken. Ik noem ze waarschijnlijk Ahrend en Nico, naar mijn beide opa’s. Samenlopen van omstandigheden zullen het Ahrend en Nico niet makkelijk maken, maar het leven zal daardoor alleen maar meer de moeite waard worden.