Opvolger van Booker Prize-kandidaat

In 2008 haalde Steve Toltz de shortlist van de Booker Prize met zijn debuutroman Een fractie van het geheel. Een lijvige en spetterende avonturenroman, en geestig en spannend bovendien. Daarna was het gedurende lange tijd erg stil rondom de Australische auteur. Nu is er met de verschijning van Moeras weer een nadrukkelijk teken van leven van Toltz. Ook nu weer een stevige roman, en ook nu weer zeer uitbundig in uitvoering. Moeras haalt het echter niet bij Een fractie van het geheel, want te mager qua verhaal; te eenzijdig qua thematiek; en te onsamenhangend om te beklijven.

moerasHet begin van de roman is heerlijk: Liam Wilder, de ik-verteller in de roman, zit in een strandtent te drinken met zijn beste vriend, Aldo Benjamin. Liam is een gemankeerde schrijver, wie het maar niet lukt een roman af te ronden, maar onlangs heeft besloten dat Aldo zijn onderwerp wordt. O ja, Liam is ook politieagent. Een vreemde combinatie, maar dat past in Toltz’ universum. Aldo daarentegen, is de grootst mogelijke mislukking denkbaar. Hij is vanaf zijn middel verlamd en zit in een rolstoel met een piepend linker achterwieltje. Aldo is een zieltogend wrak:

Hij is vergroeid, afgeleefd, zijn zenuwstelsel is op hol geslagen, zijn ingewanden lopen op hun eind. Hem wacht niets anders dan zittende ovaties, troebele urine en barstende koppijn. Zijn bewegingsapparaat is naar de filistijnen.

Dit eerste hoofdstuk bezit sfeer, humor en heeft een directheid in tekening en dialoog: als lezer ben je erbij. Het vakmanschap wat ik Toltz op grond hiervan toedicht, verdwijnt in de rest van de roman in mijn beleving volledig uit beeld. Toltz keert dan terug naar de middelbare schooltijd waarin Liam en Aldo elkaar ontmoetten en ook kennismaakten met kunstdocent Angus Morrell, schrijver van het boek In alles een kunstenaar – en Liams persoonlijke bijbel, al was het maar om deze uitspraak:

De eerste stap is toegeven dat al je dromen over het schrijverschap beginnen met een beeld van jezelf waarin je ‘Einde’ typt.

Na de middelbare school volgt Toltz de gezworen kameraden die altijd deel uit blijven maken van elkaars leven. Ze trouwen, ze scheiden en ze mislukken in het leven. Maar de mislukking die het leven van Aldo is wordt in extremis uitgemeten. Alles aan Aldo is grotesk: zijn aanvaringen met justitie (caféruzies, seks met minderjarigen, drugsbezit en ook verdacht van moord); zijn zakenavonturen die toch geen gat in de markt bleken te zijn (hondenpepermunt, gerecyclede zeep, een midlifecrisisconsultatiebureau); zijn totaal verkeerde keuzes van partners en vrienden. Aldo kan maar beter niet meer verder leven, maar ook diens pogingen tot levensbeëindiging falen jammerlijk; Aldo mislukt immers in alles. In een razendsnelle stijl en met een tomeloze overdaad beukt Toltz de lezer murw met overdadige details – en verliest hem daarbij naar mijn smaak uit het oog.

Na het drinkgelag uit de proloog op het strand van Sydney besluit Aldo zich af te keren van de wereld en peddelt met een geleend surfboard naar een rotseilandje voor de kust, temidden van woeste golven. Hier zal hij tussen de meeuwenpoep een kluizenaarsbestaan leiden tot hij overlijdt. Dat neemt niet weg dat Liam en Aldo’s ex-geliefden hem af en toe bezoeken. Het zijn onwerkelijke scènes, deze theevisites, want anderzijds crepeert de invalide Aldo op de kale rots in een zelfgekozen martelaarschap als een soort Johannes de Evangelist op Patmos – al werd die verbannen.

En terwijl Aldo op het rotseiland verblijft krijgt de lezer zijn verleden uitgeserveerd in groteske brokken; wordt zijn mislukking tot in den treure uitgemeten. Steve Toltz overtuigt niet in zijn bedoelingen met de roman. Als de kritieken op Moeras spreken van ‘vermakelijk en onmogelijk samen te vatten’ (Mail on Sunday) dan onderschrijf ik dat. Steve Toltz is in Moeras voor mij letterlijk onnavolgbaar. Als Liam Wilder Aldo Benjamin voor het laatst – voor zijn dood dus – bezoekt op de rots in zee zegt hij:

‘Laat ik je een vraag stellen. Wat is je beste vooruitzicht?’
‘Dat ik God ontmoet. Dat we elkaar naar de strot vliegen.’

Deze humor en dit inzicht doen de teleurstelling om Moeras niet teniet, maar geven op de valreep wel weer hoop op een roman van het kaliber als Een fractie van het geheel.

Wiebren Rijkeboer

Steve Toltz – Moeras. Vertaald door Anne Jongeling. Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen. 462 blz. € 24,99.