Veertien bladzijden
telt Rotterdamse kost

en het boekje begint
op pagina vijf

Rotterdamse kost
is vooral Haagse bluf

Vergeet niet de achterflap
zei dichter Deelder

dat is ook een gedicht
je keek er bijna overheen

“Lang leve de dichter!”
“Waarvan?”

Weer een gedichie af
Van dichten comt mi

cleine bate citeerde
Deelder uit het blote hoofd

waar een hoed op stond
maar dat viel nog wel

te bezien hij rausde
in één minuut de

gansche bundel erdoor
wederom uit het blote hoofd

waar een hoed op stond
Het was de dag na Jinek

en wat we hoorden
dichtregels waren

die de avond ervoor nog
dichters Volapük leken

In één minuut dus
een hele bundel

het leek wel een record
Hij ontving geen lauwerkrans

maar wel een applaus
en zevenhondervijftig euro

een bedrag waarvoor mijn vader
zich weken in het zweet

werkte hoezo cleine bate
pleurt toch op man

met je niksige bundeltje
distichons

Opgeknipte zinnen
met rare enjambe-

menten die verraden
dat Deelder een kunstje doet

een clowntje is
in te huren als

gekke oom bij talkshows
en op festivals

plaatjes draait en
onsamenhangend leutert

Precies wat het grote publiek
verwacht van een dichter

Een kunstenbakker of
een verzenkakker

is de jolige rafelrand
van de maatschappij

entertainment sentiment
divertissement

zorg voor publiciteit
en ze staan te zwaaien

met hun chequeboek
kom voor ons ook dichter

spelen gedichtjes kwelen
en houd die hoed op

want die dee het
gisteren ook geweldig op tv

het is allemaal
marketing

Coen Peppelenbos

J.A. Deelder – Rotterdamse kost. Stichting CPNB, Amsterdam. 14 blz. Je krijgt dit niksige bundeltje als je voor € 12,50 tijdens de Poëzieweek aan poëzie koopt. Deelder schreef maar liefst 292 woorden voor je op. Dat zijn er net zoveel als in deze hele recensie staan, inclusief deze woorden.