‘Niemand leefde nog lang, laat staan gelukkig’: virtuoos engagement

‘Niemand leert u dat de slecht betaalde landarbeiders na de oogst zo’n honger hadden dat ze rattenholen uitrookten om de rijstkorrels buit te maken die de ratten hadden meegepikt.’ En bijna niemand weet dat in 1968 een groep landeigenaren er niet voor terugdeinsde in het Indiase dorp Kilvemani 44 mensen te vermoorden. En al helemaal niet hoe ze daarmee wegkwamen.

Meena Kandasamy weet dit maar al te goed. En iedereen moet het weten- al is de moordpartij in Kilvemani bijna te wreed om te beschrijven en presenteert ze De Zigeunergodin nadrukkelijk als roman. De auteur vertaalt haar weerzin ingenieus in een omtrekkende beweging.

Het boek begint met een brief van de ‘Bond van Rijstproducenten’, die zich beklaagt over de communistische arbeiders die het wagen om openbare bijeenkomsten te organiseren. Vervolgens neemt een ‘ik’ het woord met een beschouwing over de vertelkunst. Het perspectief blijft verspringen, van daders naar slachtoffers, van wegkijkers naar medeplichtigen.

Je wordt meegesleurd naar steeds een ander aspect van de gruwelijkheden. Ondertussen behandelt Kandasamy meta-kwesties als het belang van het perspectief en de positie van de lezer. Ze spreekt je rechtstreeks aan, en dus kun je je niet onttrekken aan je verantwoordelijkheid, die samenvalt met het thema van het boek: de morele plicht tot weten.

In een rijke stijl passeert het idioom van de landeigenaren, van de communistische partij, van de bevolking van Kilvemani, van de rechterlijke macht, van de pers, van de auteur, van de Tamils: ook voor liefhebbers van taal, metaforen en retorica valt er veel te genieten.

In een toelichting op de titel van het boek worden een paar van deze elementen gecombineerd.’O! De Oude vrouw? Die tegendraadse communistische kut? Die onaanraakbare hoer? Rot toch op.’ De moorden worden beschreven in zinnen met een lengte tot een hele pagina, waarin het weerzinwekkende zich ophoopt tot een gruwelijke kluwen. Maar ook de opsommende politiebeschrijving van de lijken is buitengewoon effectief.

‘De samenhang is zo hachelijk dat ik u misschien een handje moet helpen,’ meldt Kandasamy. Maar ze verweeft de geschiedenis van de communistische partij en de Tamils in India, van het kastenstelsel dat 1/6e deel van de bevolking (meer dan 200 miljoen mensen) plaatst in de categorie ‘onaanraakbaren’, de koloniale geschiedenis en de overblijfselen van dat koloniale denken zo knap met elkaar en met haar persoonlijke achtergrond dat ze moeiteloos te volgen is. De informatiedichtheid is hoog, maar door de stapeling van verbijsterende en knap optellende invalshoeken is er geen ontsnappen aan – en nog veel knapper: wil je niet ontsnappen.

De Zigeunergodin eindigt met de morele overwinning van de dorpsbewoners van Kilvemani. Inmiddels ben je tot hun bondgenoot gemaakt, en ben je je voor altijd bewust van je verantwoordelijkheid. Kennis is macht – en, ik herhaal met Kandasamy: er is een plicht tot weten. Koop en lees dus dit boek.

Aletta Becker

Meena Kandasamy – De Zigenunergodin. Vertaald door Gerda Baardman. Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen. 268 blz. € 21,99.