Brieven over muziek

Ja, dit is niet voor het volk: de briefwisseling tussen Vestdijk en Jozef Eijckmans. De laatste was muziekkenner en dichter, straatarm, die het brood uit zijn mond spaarde om grammofoonplaten te kunnen kopen. De heren leggen elkaars voorkeuren voor en je moet van goede muzikale huize zijn om ze te volgen, of je moet – dat is tegenwoordig heel wat gemakkelijker dan in hun tijd – rustig alle muziek die ze noemen, beluisteren via Youtube. Dan ben je in een gematigd tempo (‘Molto moderato’) wel maanden bezig. Beide heren zouden prima passen in het wekelijkse panel van Diskotabel van Lex Bohlmeijer.

Elitair zeggen ze tegenwoordig al gauw. Alles wat moeite kost, aandacht vraagt, wordt weggeduwd ten gunste van gemakkelijk vermaak. Nu wordt zelfs een slappe, onbekwame rijmelaar door zijn woordgrapjes zo gewaardeerd dat zijn verzenbundeltje zes maal wordt herdrukt in een maand tijd en dat ook poëzielezers zeggen dat het goed is om de jeugd zo in contact te brengen… met wat?

Het boekje is dan ook uitgegeven in de Prominent-reeks, ingeleid door Emanuel Overbeeke, die uitlegt dat de essays van Vestdijk over muziek door de muziekelite (Sic!) nogal werden afgekeurd. ‘Eduard Reeser, de beroemdste musicoloog van dat moment, typeerde Vestdijks geschriften over muziek binnenskamers zelfs als ’onzin’.’ Vestdijk gaf muziekstukken een cijfer. Hij had een subjectief oordeel dat hij in zijn essays overigens stevig en met veel kennis van zaken onderbouwde. Het is dan ook geen raadsel dat Maarten ’t Hart Vestdijk bewondert. Ook Eijckmans hield niet van doorgevoerde analyses. Of het waar is dat, zoals Overbeeke schrijft, zij de opvatting huldigden dat analyse afbreuk zou doen aan de emotie bij de luisteraar, geloof ik niet. Dat kan ik me van Vestdijk niet voorstellen, maar wellicht is dat mijn vooroordeel.

Vestdijk en Eijckmans zijn het vaak eens, maar soms ook helemaal niet. De briefwisseling gaat vooral over Schumann, die ze beiden geniaal vinden, hoewel Vestdijk durft te schrijven: ‘Schumann is niet helemaal goed’. Hij vindt Brahms groter dan Schumann. Chopin achten ze ook zeer groot, Vivaldi niet. Eijkmans schrijft kort door de bocht, zoals de hele briefwisseling nogal lapidair is over het celloconcert van Dvorak:

het is mij onmogelijk er ook maar iets meer in te horen dan de ergste kitsch!!? Wat denkt U hiervan mijnheer Vestdijk?

En Vestdijk antwoordt:

álles van hem is reddeloos middelmatig. Vandaar het succes. Laatst hoorde ik door de radio een stuk van een pianoconcert. het leek mij van een derderangs Rus of zoiets. (…) Het was Dvorak!

‘Vandaar het succes.’ !

Het boekje bevat 14 korte brieven. Vestdijk heeft vaak geen tijd. Hij moet artikelen schrijven en verder werken aan romans en beschouwingen. Er moet brood op de plank komen. Het boekje is dus aangevuld met een nuttige inleiding van Overbeeke en drie bladzijden herinneringen aan Jozef Eijckmans van Wim Hazeu.
De reeks Prominent Klassiek bestaat uit ‘pareltjes van allerlei soort (…) juweeltjes uit de literaire schatkamer’.

P.S. Mijn vrouw noemt het ‘jongetjesgedoe’. Namen noemen. Opscheppen zonder argumenten.

Remco Ekkers

Jozef Eijckmans & Simon Vestdijk – Molto moderato. Brieven over muziek. Ingeleid door Emanuel Overbeeke. Prominent, Baarn. 64 blz. € 10.