Roman met pamflettistisch karakter

Ik haat het internet: dat is nog eens een titel voor een roman. Opvallend daaraan is dat de roman geen ik-personage heeft. Die ‘ik’ uit de titel is dan ook de opvatting van de schrijver van de roman: Jarett Kobek. Daar komt bij dat Ik haat het internet door veel lezers en recensenten beschouwd wordt als non-fictie. Jarrett Kobek, een Amerikaan van Turkse afkomst, heeft daar begrip voor, maar benadrukt dat Ik haat het internet een roman is. Maar dan wel een roman met een zeer pamflettistisch karakter, voeg ik daaraan toe. Kobek haat het internet overigens niet; Kobek haat Silicon Valley – het Silicon Valley van Facebook en Twitter.

Hoofdpersonage is de 45-jarige Adeline, die in de jaren negentig enige bekend genoot als tekenaar van succesvolle stripalbums. Via haar fulmineert Kobek tegen alles wat er mis is met de maatschappij, en vooral hoe het internet uitbuiting faciliteert. Als voorbeeld gebruikt Adeline/Kobek de grove inbreuk die kapitalistische exploitanten maken op het intellectuele eigendomsrecht, in het bijzonder de uitbuiting van striptekenaars:

Hoewel hij niet als een personage voorkomt is Jack Kirby de eigenlijke hoofdpersoon van dit boek. Hij stierf in 1994. Hij werd geboren in 1917. Jack Kirby is de hoofdpersoon van dit boek omdat hij degene was die door de Amerikaanse stripindustrie het meest genaaid werd, en de Amerikaanse stripindustrie is het perfecte distillaat van al het verdorven en corrupte gedrag dat inherent is aan ongereguleerd kapitalisme.

Naast de stripindustrie geeft Kobek er nog vele anderen er flink van langs: de CIA; de muziekindustrie met uithangborden Rihanna en Beyoncé; de sportindustrie; en Facebook en Twitter, met hun macht mensen tot woede en haat aan te zetten. En natuurlijk ook Ayn Rand, schrijfster van De eeuwige bron en De kracht van Atlantis:

Ayn Rand was de beste vriendin van iedere miljardair.

Kobeks prikkelende, soms drammerige boodschap komt bij deze lezer wel binnen; de voorbeelden die Kobek aanhaalt zijn vaak verbijsterend. Op het verhalende vlak stelt Ik haat het internet echter niet bijster veel voor. Naast Adeline figureren vriendin Christine, tekstschrijver Jeremy Winterbloss, sf-schrijver Baby, lover en multi-miljonair Erik Willems en de Turkse schrijver J. Karecehennem (Kobets alter ego, zo lijkt het). Allen kampen met de problemen van deze tijd, om het maar eens grofmazig uit te drukken. Woedend is Kobek in het bijzonder over de vernietiging van een stad als San Francisco door Facebook, hetgeen tot de beste stukken behoort van het verder aangenaam weglezende, maar niet bijzondere boek. Dit laatste vindt ook Jarett Kobek zelf:

De meeste boek zijn slecht. Net als dit boek. Dit is een slechte roman.

Wiebren Rijkeboer

Jarett Kobek – Ik haat het internet. Vertaald door Thijs van Nimwegen en Anne Roetman. Xander Uitgevers, Amsterdam. 330 blz. € 19,99.