Filosofische zoektocht naar het geluk

Het gelukkige eiland vormt het sluitstuk van Törnqvists trilogie die in 1995 begon met Klein verhaal over liefde en in 2009 werd aangevuld met Wat niemand had verwacht. Een drieluik dat een persoonlijke inkijk biedt, zo blijkt uit een interview met het tijdschrift Lezen. ‘Ik ben die drie boeken,’ vertelt Marit Törnqvist. Wat meteen de lange ontstaansgeschiedenis verklaart; het vraagt nu eenmaal tijd om persoonlijke ervaringen en herinneringen tot literatuur te verwerken.

In Klein verhaal over liefde maken we voor het eerst kennis met de naamloze protagoniste; een meisje nog, dat gekluisterd aan een houten paal, over zee uitkijkt, ‘dag en nacht, in weer en wind’. Door die abstractie van tijd en plaats legt Törnqvist de aandacht op het wachten, wat feilloos weerspiegeld wordt in de paginagrote prenten. Op de achtergrond lopen kleuren in elkaar over, versterkt door het gebruik van aquarelverf, geregeld aangevuld met vetkrijt. De figuren zijn getekend met zwarte inkt, en passen wonderwel in dit mysterieuze universum. Hoewel de zee vol verscheidenheid van boten en bemanning is, blijft het meisje wachten. Ze aanschouwt de priegelig getekende figuurtjes wel, maar er komt geen interactie tot stand. Tot geheel onverwacht een man naar haar lacht, en vervolgens weer verdwijnt. Het effect is aanzienlijk; begeleid door inktzwarte illustraties komt het meisje tot een cruciaal besef:

Wat werd de zee toen kaal!
Nog nooit was de zee zo kaal geweest!

Andere mannen proberen haar in goedbedoelde pogingen te troosten, maar de protagoniste is nog te sterk in zichzelf gekeerd. Na een storm ontwaakt ze letterlijk uit haar apathie om van wrakhout een ‘huisje voor twee’ te bouwen. Alle goede bedoelingen ten spijt lijkt haar woonst omwille van de losse fundering tot mislukken gedoemd. Geholpen door het lot weet het meisje wel raad; voor het eerst komt ze expliciet in beweging. Ze bouwt een vlot, en dobbert de horizon tegemoet. Het open einde mag de lezer zelf invullen.

Het zelfstandig te lezen vervolg Het gelukkige eiland knoopt bij z’n voorganger aan. We zien het meisje op haar vlot, de horizon blijkt verder dan gedacht. Opnieuw vormt de storm een goedgekozen katalysator: de wind blaast haar richting ‘Het gelukkige eiland’. Andermaal overtuigt de verbluffende visuele verbeelding: zelden heb ik een boek gezien waarin echt álle illustraties kunstwerken op zich zijn, die je zou willen inlijsten en ophangen. Ze blinken in eenvoud uit, zijn tegelijkertijd gelaagd en herbergen zo een wereld aan emoties. De prenten zijn grilliger dan in Klein verhaal over liefde, beweeglijker ook, deels veroorzaakt door prominent aanwezige weersomstandigheden als de storm. De eenzame queeste van de protagoniste wordt duidelijk als een zware tocht opgevat.

Het gelukkige eiland blijkt een cluster van kleinere eilandjes te zijn, die ieder afzonderlijk aanspraak op de titel maken. Het meisje stelt zich steeds zelfzekerder op, onderzoekt alle mogelijkheden. Kiezen hoeft echter niet; ze kan vertrouwen op haar innerlijke stem en een herkenbare, vertrouwde melodie volgen. Dat resulteert in poëtische prenten, die het volle leven tonen en toch verstild zijn, eenvoudig en toch rijk aan symboliek, met Bijbelse en mythologische verwijzingen. In gezelschap van de man lijkt het meisje haar eindbestemming gevonden te hebben. Maar wie goed kijkt, merkt dat hun gezamenlijke bouwsel toch niet zo stabiel is. Het meisje weet wat haar te doen staat en kiest zelfbewust voor (individuele) vrijheid, op een plaats waar nog alles kan gebeuren.

Het gelukkige eiland vormt een waardige afsluiter van dit drieluik, bestaande uit tijdloze en universele verhalen, die je als ‘sprookjes vol realisme’ kan omschrijven. Zowel inhoudelijk als visueel overtuigt Törnqvist met een filosofische zoektocht naar eigenheid, liefde en geluk. Niet enkel absolute hebbedingen, maar ook sfeervolle boeken om cadeau te doen, aan al wie naar het grote geluk onderweg is.

Jürgen Peeters

Marit Törnqvist – Het gelukkige eiland. Querido, Amsterdam/Antwerpen. 80 blz. € 15.99