Tussen leven en dood

Een verrassende naam op de shortlist van de Man Booker Prize 2017, George Saunders. Sterker nog, hij wón de meest prestigieuze literaire prijs (sommigen nemen de Nobelprijs minder serieus nu deze in 2016 gewonnen werd door Bob Dylan). Saunders, Texaan van geboorte, wordt alom gezien als de meester van het korte verhaal. Hij publiceerde dan ook, als ik het goed heb, vier verhalenbundels (waarvan twee vertaald) en weet in zijn verhalen op meesterlijke wijze zijn personages in de meest vervreemdende situaties en omstandigheden neer te zetten, met een soort boodschap van: red je er maar uit. Zoals bijvoorbeeld de personages in Pastorale, die werkzaam zijn in een prehistorisch themapark en zich als een oermens moeten gedragen, of de jongeman in Ontsnapping uit de Spinnenkop, die blootgesteld wordt aan de mee bizarre experimenten met farmaceutica. Vreemd, maar ook geestig en vooral goed geschreven. Afgaand op zijn werk, komt George Saunders voort uit de Raymond Carver-school.

Saunders heeft zich nu gericht op het schrijven van een roman. En wat voor een. Lincoln in de bardo is, zoals we van Saunders wel gewend zijn, een tamelijk bizarre roman. De hoofdkarakters in Lincoln in de bardo zijn de vrienden Hans Vollman en Roger Bevins III. Vollman, van beroep drukker, is vol van zijn tweede vrouw, ontdekt met haar ‘onontgonnen terrein’ en dan stort er als hij aan zijn bureau zit te werken en met de gedachte bij zijn vrouw, een balk uit de zoldering op zijn hoofd. De jonge Bevins daarentegen, ontdekt al op vroege leeftijd dat hij homo is, maar zijn geliefde spreekt het voornemen uit voortaan ‘onberispelijk te leven’, waarop Bevins zijn ‘polsen op tamelijk ruw wijze doorsneed boven een porseleinen bekken’. Zij zijn niet dood, althans nog niet, maar bevinden zich in de ‘bardo’. De bardo is de toestand tussen leven en dood, met de kans op een wedergeboorte – en dus is de ziel nog verbonden met het leven. Saunders ontleent dit begrip aan het Tibetaanse boeddhisme en gaat er flink mee aan de haal; fabuleert er lustig op los. Zo kunnen de mensen die het vorige bestaan hebben verlaten allerlei vormen aannemen: Bevins heeft verscheidene ogenparen, handenparen, veel extra ogen en neuzen, en snijwonden op al zijn polsen; Vollman is naakt maar wel uitgerust met een lid van een flink formaat in permanent gezwollen staat. En zo zijn er tientallen, nee, wel honderd gemuteerde individuen die Saunders ook daadwerkelijk aan het woord laat in veelal korte citaten en monologen. Het levert een veelvoud aan stemmen op, zonder dat de lezer nu geïnformeerd wordt over wat hier nu precies aan de hand is.

In welhaast evenveel citaten voert Saunders historische bronnen op die afkomstig zijn uit het Amerika van 1862. Ze draaien allemaal om Abraham Lincoln, dan president, maar nog meer om de overgang van het leven naar de bardo van de 11-jarige zoon van Lincoln, Willie. In het werkelijke leven wordt Willie als dood beschouwd, maar in deze tussentoestand is er nog kans op een wedergeboorte. Abraham Lincoln is intens verdrietig – Saunders komt dicht bij diens gevoelens – maar draagt ook de verantwoordelijkheid van het land, dat verwikkeld is in een heftige burgeroorlog. Bevins, Vollman en ook hun geestelijke vriend, de eerwaarde Everly Thomas, doen hun best om de president, rouwend en wenend in de graftombe, in contact te brengen met zijn zoon. Daartoe gaan zij het lichaam van de president binnen en nemen zijn vorm aan, al is aan de buitenkant van president Lincolns lichaam nog wel Vollmans reusachtige erectie te zien.

George Saunders zal zich zeker vermaakt hebben bij het schrijven van dit boek. Niet alleen is Lincoln in de bardo bijzonder fantasievol en avontuurlijk, het is bovendien vaak erg geestig. Ik heb er echter geen coherente, perfecte American novel in kunnen ontdekken. Saunders fantasie en vertelkunst zijn welhaast ongeëvenaard, maar ik kan mij niet zomaar scharen achter de sterrenregen en het ballenfestijn dat Lincoln in de bardo ten deel valt.

Wiebren Rijkeboer

George Saunders – Lincoln in de bardo. Vertaald door Harm Damsma en Niek Miedema. De Geus, Amsterdam. 350 blz. € 22,50.