Een tijdloos debuut

Murat Isik omschrijft zichzelf in een interview met Nu.nl als ‘een Nederlander met een Turkse achtergrond’. Met zijn vierendertig jaar mag hij tot de jongere generatie Nederlandse debutanten worden gerekend en dat is erg fijn. Met Verloren grond waait Isik namelijk als een frisse wind tussen al die in zichzelf gekeerde debuten die de lezer het gevoel geven dat de schrijver beter eerst uit zijn generatiecocon had kunnen ontpoppen alvorens een pen vast te grijpen. Daar komt bij dat zulke boeken vaak zijn geschreven in een kale, saaie staccatostijl, die dan wordt aangeprezen met superlatieven als ’trefzeker’. Van dat alles is gelukkig niets te merken in Verloren grond.

Isik baseerde zijn debuut losjes op de geschiedenis van zijn familie, al benadrukt hij in het nawoord dat het fictie is. In de roman volgen we de belevenissen van de dertienjarige Mehmet, die in de jaren zestig van de vorige eeuw opgroeit in het Turkse dorp Sobyan dat door de Armenen werd gesticht. Op een dag krijgt zijn zachtmoedige vader Selim, een begenadigd verhalenverteller, een ongeluk als hij een vriend helpt met het sjouwen van stenen. Hij breekt zijn been, die vervolgens door de plaatselijke slager onhandig wordt gespalkt. Het gevolg is dat het onderbeen van vader Selim een paar dagen later in het ziekenhuis van Mus wordt geamputeerd. Daarna ziet hij zich gedwongen om samen met zijn krachtige, dominante vrouw en hun drie overlevende kinderen Sobyan te verlaten en zijn heil te zoeken in Hemgin, zijn geboortedorp waar zijn vader hem land heeft nagelaten. Daar wordt het gezin niet bepaald hartelijk ontvangen. De dorpelingen hebben de verlaten grond van Selim achttien jaar lang vrijelijk kunnen bewerken en ze zitten dan ook niet te wachten op de terugkeer van de rechtmatige eigenaar. Wat volgt is een confrontatie met de agressieve bewoners van Hemgin, die geen kans voorbij laten gaan om het gezin te verjagen dan wel het leven zuur te maken. Maar dan wordt het oostelijke deel van Turkije in de zomer van 1966 opgeschrikt door een aardbeving van 6,9 op de schaal van Richter. Daarna wordt alles anders, ook voor Mehmet en zijn familie.

Het verhaal wordt verteld in strikt chronologische volgorde en zou qua stijl en vorm net zo goed veertig jaar geleden kunnen zijn geschreven door een vrouw van in de zestig. Sommige mensen zullen zo’n omschrijving als een gruwel ervaren, maar in die rustige, consequente en op geen enkele manier eigentijdse aanpak schuilt nou juist de kracht van dit mooie debuut. Het is immers erg toepasselijk dat een geschiedenis waarin een verhalenverteller een belangrijke rol speelt wordt opgetekend in een degelijke vertelstijl die de generaties overstijgt. Het zorgt ervoor dat deze roman iets tijdloos krijgt. Daar komt bij dat Isik een verdomd goede verhalenverteller is. Hij demonstreert dat vooral wanneer hij uitweidt over een vrolijke, droevige of spannende gebeurtenis, enkel en alleen omdat deze te mooi is om hem niet te vertellen.

Hoewel de schrijver niet wars is van de nodige clichés (er staan nogal wat ‘vuur spuwende ogen’, ‘verbaasde blikken’ en ‘vochtige ogen’ in de roman) en hij behoorlijk dicht tegen de streekroman aanzit is het allemaal toch subtiel en smaakvol genoeg uitgewerkt om literair gezien te overtuigen. Vooral de couleur locale weet hij op treffende wijze te grijpen. Met soms maar een korte omschrijving, bijvoorbeeld van een oude bedelaar of een schurftige straathond die bijna als terzijdes worden genoemd, weet Isik de sfeer van een bepaalde locatie raak neer te zetten. Daar komt bij dat hij niet speelt op het sentiment van de lezer, zoals gemakkelijk had kunnen gebeuren met de vele dramatische gebeurtenissen en zoals wel het geval is in Duizend schitterende zonnen van Khaled Hosseini, die bekende moslimbestseller met een cover waar die van Verloren grond vast niet onopzettelijk ontzettend op lijkt.

Het is moeilijk te bevatten dat deze verzorgde roman, die geen enkel zwak moment kent, werkelijk een debuut is. Aldus claimt Isik meteen een bijzondere plaats in de Nederlandse literatuur, van waaruit hopelijk nog meer mooie romans zullen volgen. En nu maar hopen dat niemand hem ervan overtuigt dat de volgende roman een in zichzelf gekeerd, ’trefzeker’ werkje over een Nederlandse schrijver met een Turkse achtergrond moet worden. Na zo’n fraai, tijdloos debuut dat de generaties weet te overstijgen zitten we daar echt niet op te wachten.

Lucas Zandberg

Murat Isik – Verloren grond. Anthos, Amsterdam. 376 blz. € 19,95