Sterren zakken door

Onder het motto ‘we gaan het ditmaal helemaal anders doen’ waren voorafgaand aan het Goudbeladen Boekenbal de stoelen in de zaal van de Amsterdamse Schouwburg weggehaald. Met een zekere dwang werden de bezoekers van het eerste uur, de gelukkigen die het voorprogramma mochten bijwonen, in de groepen ‘rechts’ en ‘links’ onderverdeeld. Geheel toepasselijk kregen de reactionairen een zwarte fantasiebril, de progressieven een goudkleurige.

Al vanaf het begin van de show hoorde je de knoken van het schrijfvolk knarsen. Niet eens alleen van de ouden van dagen. Wellicht waren het ook de tanden. Dit gezien de geboden waar en de onverbiddelijk gesloten bar. Overigens paradeerden er ook dit jaar door de wandelgangen weer een hoop (oud)politici, tv-koks, theatermensen en andere Bekende Types van de treurbuis. Van Muiswinkel bracht bij uw inktslaaf een paar tellen een lichte siddering teweeg door vanuit de coulissen met de stem en in de geest van Gerrit Komrij het publiek vermanend toe te spreken.

Midden in de feestzaal hing een gordijn van gaasdoek, voorstellende het zeil op het schip der literatuur. Indachtig deze metafoor zaten kapitein Eppo, de leden van zijn admiraliteit en de stuurlui van dienst, de schrijvers van het essay en het geschenk, op de brug: het pluche van de koninklijke loge. Enige Veel Verkopende Schrijvers hadden ook een zitplek gekregen. Jan Siebelink mopperde een weinig over het onderscheid en trok zich met een groepje terug op de banken in de hal. In de loop van het voorafje – Johannes van Dam zou het zouteloos noemen – werd het zeil gestreken. Viel het doek, zou je in de huidige tijd ook kunnen zeggen. Na her en der handjes, luchtzoenen, schouderkloppen en achterklappen te hebben uitgewisseld, spoedde uw inktslaaf zich naar de laatste tram. De volgende dag was er immers een ochtendoptreden van circus Treurwegen.

In de Boekenweek heeft uw schrijvertje het meeste plezier beleefd op de laatste zondag. Een spontane lezing in de deuropening van een door het Verrekijkergeschenk afgeladen coupé. Er gingen uiteindelijk zelfs reizigers mee naar het interview in de Groninger bibliotheek. (Binnenkort alhier te bezichtigen.) Met een opvallend stel bleek het in Huize Maas achteraf goed pleisterplaatsen. Zij, een onvermoeibare voortrekster, een ervaren reisleider, had geen centje last van de straffe oostenwind. Hij, een zo goed als gepensioneerde interieurstoffeerder van pleziervaartuigen, een zeebonk met snorpunten als piratensabels, luisterend naar de illustere naam Lefty Bill Hank, dronk zelfs uw halve Tsjech onder tafel. Voor de literaire rondvaart waartoe hij door de sympathieke boekaniers werd uitgenodigd, zal hij zich terdege voorbereiden.

Guus Bauer