Meisjeswagens en godjeswanen

Een fascinerende figuur uit de wereldgeschiedenis is de Duitse keizer Wilhelm II, die na de Eerste Wereldoorlog gedwongen werd af te treden. Tot zijn dood bleef hij in Nederland en zijn dode lichaam ligt nog steeds in een mausoleum te wachten tot Duitsland weer een monarchie wordt. Kees ’t Hart schreef een bijzonder boeiende roman waarin de keizer een belangrijke rol speelt.

Hoofdpersoon is de jonge arts Simon, die zich specialiseert in de psychiatrie. Hij volgt colleges over waandenkbeelden bij professor Godefroy. Misschien doet Simon dit uit eigen belang, want ook hij lijdt aan wanen. ‘Godjeswanen’ noemt hij ze. Momenten van inzicht waarin Simon de hele wereld kan doorzien: de grote lijnen en de details. Het geeft ’t Hart de kans tot groteske, associatieve opsommingen te komen die eindigen in een reeks losstaande woorden: ‘Sokken, inktpotjes op een rij, beschuitblikken, de tekst van een verdrag tussen Rusland en Japan, met de geheime clausule, het oog van Ilsemann werd hem in schema geopenbaard, traanklieren, traankanaal, harde oogvlies, hoornvlies, vaatvlies, regenboogvlies, lens, netvlies.’

Die voorkeur voor het talige is een constante in het werk van deze auteur. Zo keren in deze roman ook het woord ‘meisjeswagens’ en de zin ‘widde da gij de hekke overkom’ meermalen terug in het hoofd van Simon, zonder dat precies duidelijk wordt wat ermee bedoeld wordt. Het leven van de jonge arts komt in een stroomversnelling als hij via Godefroy wordt uitgenodigd op het kasteel van de Duitse keizer in Doorn. De reden daarvoor lijkt de fascinatie van Simon te zijn voor astrologie waarin ook Wilhelm II is geïnteresseerd. Godefroy is bezig met de genezing van de keizer van woedeaanvallen en wanen die te verklaren zijn uit zijn pijnlijke geboorte, die een lamme linkerarm tot gevolg heeft gehad, en zijn keiharde jeugd waarin men probeerde toch iets van de jongen te maken.

Simon kan als assistent enkele dagen proeven van het absurde hofleven, dat een parodie lijkt te zijn op de oorspronkelijke keizerlijke entourage in Pruisen. Aangezien de keizer geen enkele staatszaak van belang meer vervult, slijt hij zijn dagen met het doorzagen van boomstammen. Simon mag zelfs een keer assisteren bij wijze van gunst. Daarnaast wordt er een verjaardagsfeest voor de tweede vrouw van de keizer gevierd en wordt Simon hopeloos verliefd op het dienstmeisje Marielotte.

Dit alles laat ’t Hart binnen enkele dagen gebeuren. Simon wordt in de nabijheid van de keizer en zijn geliefde een kluchtige figuur die voortdurend bezig is met dat wat hij moet zeggen en eigenlijk had moeten zeggen. Als lezer ben je continu bevreesd dat hij iets verkeerds gaat doen. Hij lijkt wel een beetje op de hoofdpersonen uit de romans van Thomas Rosenboom. In die zin is De keizer en de astroloog vernieuwend te noemen binnen het oeuvre van ‘t Hart: de personages, met al hun gekkigheden, zijn ondergeschikt aan het verhaalverloop. Meer dan ooit voel je mededogen met deze mensen. Daarom is deze roman een aanrader voor het echt grote publiek.

Coen Peppelenbos

Kees ’t Hart – De keizer en de astroloog. Querido, Amsterdam. 310 blz. €18,95.

Eerder gepubliceerd in de Leeuwarder Courant, 24 oktober 2008.

P.S. Kreeg voor deze recensie op mijn donder van mijn toenmalige eindredacteur, want ik had op moeten schrijven dat Kees ’t Hart met die Simon, Simon Vestdijk bedoelde. Maar als ik die lijn had gekozen (zoals in de meeste andere recensies die verschenen) had gevolgd, dan was dit weer zo’n recensie geworden waarin de recensent zijn eruditie kon etaleren (kijk eens welke verwijzingen ik allemaal heb gevonden), terwijl ’t Hart met dit boek juist had kunnen doorstoten naar een groot publiek vanwege het historische thema. ’t Hart wordt volgens mij te vaak in de hoek gezet van moeilijke schrijvers, of erger nog van writer’s writers, terwijl hij juist in zijn laatste romans erg toegankelijk schrijft. Een goede lezer kan overigens aan de aanwijzingen in de recensie al zien dat de hoofdpersoon Simon Vestdijk betreft, de slechte lezer weet het nu zeker.