Hydra

Uw inktslaaf had als beoogde spookschrijver een voorgesprekje met een Bekend Persoon en diens entourage, bestaande uit een voortdurend op zijn horloge, formaat Zwitserse stationsklok, koekeloerende manager en een persoonlijk assistente, hooghartig en, het was woensdag, ook hooggehakt. ‘Het moet vooral geestig zijn!’ zei mevrouw stiletto. ‘Ach, een beetje drama doet het ook goed bij het grote publiek,’ bracht de zaakwaarnemer in. Half-om-half, dus. De gedachten van uw schrijvertje dwaalden even af naar de soepballen die hij nog moest draaien.

Het lijdend voorwerp (m/v) zweeg, een glimlach bevroren rond de lippen. Het beetje schmink dat in de mondhoek restte, was gebarsten, zoals de vernis op een schilderstuk van een oude meester. ‘En nogmaals,’ zei de manager, ‘volledige geheimhouding is vereist.’ De assistente duwde een contract en een pen onder de neus van uw nègre. ‘Op alle pagina’s paraferen. Ik wijs je nog even nadrukkelijk op de boeteclausule. Zijn de consequenties duidelijk?’

Top secreet. Even slikken, je grote mond houden, knikken, tekenen en daarna een week of zes tikken.

Was het in het kader van deze geheime operatie eigenlijk wel wijselijk om in een openbare gelegenheid af te spreken, gezien het feit dat de Bekende Persoon met grote regelmaat op tv is te zien, soms zelfs op meerdere kanalen tegelijk?

‘De vraaggesprekken wil ik graag op één op één houden,’ stelde uw inktslaaf nogal boud, gesterkt door een paragraaf die hij op een van de laatste pagina’s had ontdekt. De boord van zijn overhemd zat ineens minder strak. De entourage stak de koppen bij elkaar voor een overleg op fluistertoon en had daardoor niet in de gaten dat het niet de ober was die zich aan het tafeltje aandiende. ‘Mag ik een handtekening van u?’ zei een dame van middelbare leeftijd. Geroutineerd trok de manager een foto van de Bekende Persoon uit zijn binnenzak.

De dame rommelde in haar tas en viste er een exemplaar van Treurwegen uit. ‘Ik zag u bij Tijd voor Max en heb meteen het boek gekocht.’ De ogen van de Bekende Persoon lichtten even op.

Guus Bauer