Volgende week verschijnt het eerste deel van de langverwachte W.F. Hermans-biografie De mislukkingskunstenaar van Willem Otterspeer. In een stuk in de Volkskrant heeft Max Pam veel kritiek op de biografie. Het zou geen intellectuele biografie zijn, de titel deugt niet en Otterspeer zou te weinig doen aan oral history. Volgens Pam had Otterspeer bijvoorbeeld Piet Calis (Speeltuin van de titaantjes), Emmy Meurs (weduwe Hermans) en Fiep Westendorp (die een relatie met Hermans zou hebben gehad) aan het woord moeten laten.

Otterspeer reageert: ‘Ik noem het leven van Hermans niet mislukt, dat doet Hermans zelf.’ Verder baseerde Calis zich volgens Otterspeer op dezelfde bronnen, wist Emmy ‘marginaal te zijn in het leven van Hermans’ en was Fiep Westendorp al vijf jaar overleden toen Otterspeer een brief vond.

Pam betrekt ook Raymond Benders (oprichter van het Willem Frederik Hermans Instituut) in de discussie: ‘Ik acht de biografie een gemiste kans. De vele fouten getuigen van een verkeerde werkinstelling, maar nog erger vind ik het dat de auteur zich onttrokken heeft aan zijn opdracht om een intellectuele en wetenschappelijk verantwoorde biografie te schrijven.’ In reactie op Benders schrijft Otterspeer: ‘Als iets mij oplucht in deze affaire is dat ik voorgoed en definitief van de operettefiguur van Benders verlost ben.’ (…) ‘Het was Benders die op de proppen kwam met het idee mij de toegang tot het Hermans-archief te ontzeggen. (…) ‘van een dergelijk verbod is geen sprake meer. Exit Benders.’

In reactie op de ‘vele fouten’, haalt Otterspeer het Hermans-magazine (2006) aan waarin werd beschreven dat er 700 fouten in het twaalfde deel van de Volledige Werken zouden staan: ‘Het is niet mijn definitie van ‘fout’. Maar wel die van (…) Pammetje Pet.’, aldus Otterspeer.

De complete stukken staan hier en hier.