Open brief aan mevrouw Attje Kuiken

Voordat ik op de reden van deze brief kom, eerst een stukje uit een e-mail die ik van Maarten ‘t Hart ontving, eveneens een fel tegenstander van de Blankenburgtunnel:

Er is een erg mooi boek over de ondergang van de Beer van Ed Buysman, onder de titel Een eersteklas landschap. Daarin wordt heel precies uit de doeken gedaan hoe en vooral dankzij het drijven van Wim Thomassen, de PvdA-burgemeester van Rotterdam, eerst de kop van Rozenburg en daarna de rest op de schop ging.

         Op enig moment, dat kan ik mij nog herinneren, want ze reden door Maassluis, zijn prominente PvdA-ers waaronder minister president Drees, in zwarte auto’s vanaf de pont met Maassluis Rozenburg opgereden en hebben daar toen een rondrit gemaakt. De Rozenburgers stonden in hun deuren te kijken naar die zwarte stoet. Een soortement begrafenisstoet. Voor het eerst kwamen deze mensen maar eens een kijkje nemen op het eiland waarvan ze de ondergang al gepland hadden.

Terwijl ik deze mail zocht, stuitte ik op een andere mail van Maarten ‘t Hart. Ook die – van een paar maanden daarvoor – haal ik er even bij:

Het is heel erg droevig dat de tunnel nu weer terug is op de agenda. Maar die ommezwaai van de PvdA verbaast me niets. Zodra de PvdA gaat besturen, veranderen ze vaak opeens radicaal van inzicht. Daar komt bij dat de PvdA in het geval van Rozenburg een ongelofelijke hoeveelheid boter op het hoofd heeft. De Beer weg – drijven van de PvdA, later het Calandkanaal etc, allemaal plannen van PvdA burgemeester Thomassen van Rotterdam.

         De PvdA heeft de helft van Rozenburg totaal verwoest, dus nu nog weer een stukje verwoesting erbij, dat past helemaal in het beeld.

Dat ‘stukje verwoesting erbij’ is de boerderij van mijn voorouders, de herenboerderij die vorig jaar in het nieuws was en die u ruim een jaar geleden bezocht heeft.

         U was tijdens uw bezoek onder de indruk van het pand dat gebouwd werd in een tijd dat postzegels en foto’s nog uitgevonden moesten worden, een tijd ook waarin niemand wist wat een vliegtuig was – laat staan een Joint Strike Fighter, een duikboot, kernbommen, politieke partijen.

         Ja, mevrouw Kuiken, toen de eerste steen gelegd werd van een hofstede die 180 jaar later de laatst overgebleven authentieke herenboerderij zou blijken van ruim 20 boerderijen die de regio oorspronkelijk telde, deed de PvdA hooguit van zich spreken in de glazen bol van een progressief ingestelde waarzegster.

         Op een bijeenkomst van de gemeente Rozenburg waarbij laatst uitleg gegeven werd over toekomstige projecten, en waar ook de omstreden tunnel ter sprake kwam, vroeg iemand waarom het traject per se dwars over de boerderij moet lopen. ‘Waarom niet een beetje naar links, of een beetje naar rechts, opdat het laatste historische pand dat herinnert aan het boerenverleden van Rozenburg gespaard blijft?’

         Herinnert u zich nog, mevrouw Kuiken, dat u, terwijl ik thee serveerde, precies dezelfde kwestie opperde? U vroeg of ik een plattegrondje had om naar alternatieven te zoeken, en toen ik ‘nee’ schudde zei u: ‘Maakt niet uit, morgen bespreek ik de zaak met de minister.’

         U toonde zich begripvol en u leefde mee, aan mijn moeder vroeg u welk type woning zij zou willen betrekken mocht die trajectwijziging op niets uitlopen. U beloofde snel van u te laten horen. ‘Ik heb je emailadres,’ zei u terwijl ik u naar de deur bracht, en toen ik vroeg of u de minister mijn groeten wilde overbrengen, beloofde u ook dat te doen.

         U beloofde erg veel die avond, mevrouw Kuiken.

         We zijn intussen een jaar verder, en mede door uw ongebreidelde inzet, ongetwijfeld ingeblazen door het verwoestingselan van uw illustere PvdA-voorgangers, is de tunnel, om de woorden van ‘t Hart aan te halen, weer helemaal terug op de agenda. En u bent alweer druk met andere, urgente projecten. ‘Ik trek het me aan!’ twitterde u laatst naar iemand die u, net zoals ik gedaan had, een probleem voorlegde en om raad vroeg.

         De zaak van de laatste herenboerderij van het voormalige eiland Rozenburg trok u zich ook aan. U toonde zich bereid langs te komen en naar mijn verhaal te luisteren. Maar de door u beloofde email heb ik nooit ontvangen, op mijn toenaderingspogingen reageerde u niet, en laatst, toen tijdens een actie van Natuurmonumenten in het gebouw van de Tweede Kamer onze blikken elkaar kruisten, sloeg u uw ogen neer.

         Zijn er, mevrouw Kuiken, beloften die u wel nakomt? Behalve die ene dan, gedaan aan een bepaalde politieke partij, maar daar zal ik het nu niet over hebben.

Met hoogachting,

Aristide von Bienefeldt