Poseren als de brave soldaat

De Tsjechische schrijver Emil Hakl (pseudoniem van Jan Beneš, 1958) heeft zijn wortels in de Praagse undergroudscene van de jaren tachtig van de vorige eeuw. Deze scene kan vergeleken worden met die van bijvoorbeeld Amsterdam grofweg rond dezelfde tijd. Jonge mensen wilden theater, (punk)muziek en teksten maken zonder betutteling van de gevestigde orde, zoals waarschijnlijk eenieder in zijn jeugd zich tegen conventies wil verzetten. (Of eigenlijk nieuwe conventies wil vestigen?)

In het toenmalige communistische Tsjecho-Slowakije was de repressie natuurlijk een stuk sterker. Daar konden alternatieve manifestaties ronduit gevaarlijk zijn. Zelfs zoiets als een voordrachtsavond van poëzie, zoals Hakl die regelmatig organiseerde, kon het stempel subversief krijgen. Totalitaire regimes pikken nu eenmaal als eerste de taal in. In elke zin schuilt een diepere betekenis. Hoewel ironie bepaalde machthebbers gelukkigerwijs ontgaat.

hakl kerkhof aan zeeJe zou kunnen zegen dat schrijvers als Hakl (en bijvoorbeeld ook Jáchym Topol) die taal weer hebben ‘teruggestolen’, weer hebben veroverd op de misbruikers. Het verklaart wellicht waarom in het proza van Hakl de toegevoegde, of eerder ingeslopen, straattaal zo goed werkt, waar het bij veel (wat) jongere auteurs hoogst irritant kan zijn. Er kleeft een zekere poëzie aan, ja, het is doorleefder. Een nieuwe manier van kijken, die evengoed intens is.

In 2002 brak Hakl, niet het minst tot zijn eigen verbazing, internationaal door met de roman Zoon & vader (Nederlandse vertaling 2009). Waarschijnlijk door de frisse taal, het feit dat het heel dicht op de huid is geschreven en elke zoon en vader wel over de onderlinge vreugde en het verdriet willen lezen.

Hakl: ‘Steeds weer als ik met betrekking tot dat boek met vertalers samenwerk, besef ik weer dat het preciezer, beknopter, duidelijker had moeten zijn. Er zit een hoop verpakking in en daarentegen ontbreekt er een hoop essentiële informatie. […] Het is slechts de weergave van een gesprek met een vader.’

Hier is Hakl te bescheiden. In de nu voorliggende nieuwe vertaling, getiteld Kerkhof aan zee, komt de relatie tussen vader en zoon nogmaals aan bod. Wanneer de vader is overleden, luistert de zoon de bandjes af die hij heeft gemaakt van (telefoon)gesprekken. Opnieuw zou je kunnen spreken van een reportage, al doe je daarmee de uiterst zorgvuldige, spitsvondige taal van Hakl tekort. Het mooie is dat deze roman, niet zozeer een vervolg is, maar eerder een ‘verschuiving’. De verteller, die ook in deze roman weer vrijwel samenvalt met de schrijver, of misschien eerder een soort schaduw is, maakt ditmaal de balans op van zijn eigen leven, zich bewust van het feit dat hij nu de vader is, niet meer tussen generaties staat.

Stilistisch gezien kun je duidelijk merken dat Hakl een ‘dwangmatig’ auteur is. Iemand die er geen geheim van maakt dat zijn persoonlijke ervaringen de basis vormen voor zijn teksten. Zelf zegt hij daarover: ‘Ik wil schrijven en niet voor schrijver spelen.’ Duidelijker kan je het niet stellen.

In het eerste gedeelte van het boek is de auteur c.q. zijn schaduw met een paar vrienden aan het paragliden. Hij is, werkelijk hilarisch, aan deze stoere kompanen gekomen omdat hij herkend is van een reclameposter. Het kennismakingsgesprekje met ‘vriend’ Murgy:

‘Jou ken ik.’ ‘Ik jou niet,’ antwoordde ik. ‘Ja, logisch zeg, ik ken je van een foto,’ zei hij. […] Mijn literaire ambities, dacht ik, die zullen er wel achter zitten Europese schrijvershuizen, boekenbeurzen afreizen en bedelen om subsidies, daar doe ik niet aan, maar als men met een fototoestel bij me langskomt, dan zeg ik geen nee, en ik geniet ervan ook.

Het gezicht van de schaduw van Hakl is bekend van de billboards langs de snelweg. Hij heeft als de brave soldaat, als Franz Josef I en als een Moravische wijnboer geposeerd, niet wetende dat het niet voor beperkt gebruik was.

Ik voelde de sterke neiging om op te stappen. Maar ze zien je aankomen in Praag-Nusle, met bakkebaarden, met een gerimpeld latexgezicht. Met een sabel aan je riem.

Kerkhof aan zee zit vol met dit soort zelfspot. De hoofdstuktitels zijn geïntegreerd in de tekst. Het alledaagse in het boek is ruw en tegelijk vol mededogen weergegeven. Een slamdichter die teder stampvoet. Hier past maar een woord: origineel!

Guus Bauer

Emil Hakl – Kerkhof aan zee. Vertaald door Edgar de Bruin. Voetnoot, Antwerpen. 128 blz. € 18,50.