Een onuitgebroed ei

Ei, de tweede roman van actrice Anna Drijver, gaat gebukt onder de platitudes. Nog voor het verhaal goed en wel begonnen is, is de rode draad al uiterst voorspelbaar. De roman vertelt het verhaal van Leyla, een politiek journaliste. In het eerste hoofdstuk raakt ze van slag van een kapotgevallen ei, waarin een onaf duivenjong ligt te kreperen. Ze besluit na een korte innerlijke strijd een einde te maken aan het leventje. In hoofdstuk twee ziet Leyla op tegen de paasbrunch op haar werk. In hoofdstuk drie gaat het over een kamer in het huis waar ze samen met haar partner Olaf woont. Die kamer was door hem bestempeld als een mogelijke babykamer, maar na drie jaar wonen is het niets meer dan een rommelkamer. De rode draad is duidelijk: het zal in deze roman gaan over voortplanten.

De grote vraag is dan uiteraard of Leyla zich niet kan of niet wil voortplanten, of dat Anna Drijver met een combinatie van die twee mogelijkheden op de proppen komt. Dat laatste is het geval. Leyla kan op een gegeven moment geen kinderen meer krijgen en dat is te wijten aan een slordige ingreep van een arts die zijn dag niet had. Hun beider worsteling met die mislukte operatie staat centraal en Drijver werkt langzaam toe naar een confrontatie tussen de twee. Er hangt echter te weinig dreiging in de lucht om echt indruk te maken. Zo denkt Leyla, voorafgaand aan het treffen, op de fiets:

Ze waren geweest als twee asteroïden die elk hun eigen baan in de ruimte hadden en op verschillende snelheden in een andere richting voortbewogen. Die asteroïden zoefden al lichtjaren lang door de ruimte, totdat op een bepaald moment hun banen elkaar kruisten. Het ene brokstuk knalde keihard tegen de andere asteroïde aan. Door de klap brak er een stuk van zowel de grote als de kleine steen af. Door de vaart die ze nog steeds haddden, zoefden ze verder de ruimte in. Hun richting was onveranderd en van beide stenen was een stuk afgebroken. Die stukken vlogen door, weg van elkaar.

In deze confrontatie had zowel stilistisch als inhoudelijk meer kunnen zitten. Ook de structuur van de roman laat te wensen over. De roman kent 50 hoofdstukken die verdeeld zijn over 3 delen, waarbij het de vraag is wat de indeling in die delen rechtvaardigt. Het enige wat enigszins verandert, is Leyla’s gemoedstoestand. Tot slot bevat de roman te veel verhaallijnen. Vooral de geschiedenis van Leyla’s ouders en grootouders is niet genoeg verweven met de hoofdlijn. Die hoofdstukken staan op zichzelf en vergroten het begrip van Leyla’s handelingen of haar innerlijk niet. Ze lijken er eigenlijk enkel toe te dienen om Leyla een uitweg te bieden aan het einde van het verhaal. Wellicht ware het beter geweest als Drijver en haar redacteur wat langer hadden gebroed op deze tweede roman.

Miriam Piters

Anna Drijver – Ei. Nijgh en Van Ditmar, Amsterdam. 304 blz. € 19,99.