Er is de laatste dagen nogal wat geschreven over de bewering van Ilja Leonard Pfeijffer in de Volkskrant: ‘Tot iemand zich bij mij meldt, kan ik volhouden dat ik de eerste sonnettenkransdichter van Nederland ben.’ Sander Bink reageerde als eerste op Rond 1900 en daarna volgden er nog vele sonnettenkransen. Bij Tzum dachten we: waarom noemt niemand Maria van Daalen? Een van de allereerste digitale poëzie-experimenten was een door haar geschreven sonnettenkrans, waarbij alle gedichten aan elkaar gelinkt waren. Van de dichteres kregen we toestemming om de sonnettenkrans ’13 sonnets for a lost lover / 13 sonnetten voor een verloren geliefde’ uit Elektron, muon, tau vandaag te publiceren. Tot iemand zich bij ons meldt, kunnen we volhouden dat zij de eerste sonnettenkransdichter is in het Nederlands én het Engels.