Een taal die je maar den dele begrijpt

Eimear McBride (1976) is in Engeland geboren, maar opgegroeid op het Ierse platteland. Zij studeerde daarna drama in Londen. Kort nadat haar terminaal zieke broer overleed, scheef zij in 2003 haar eerste en tot nu aan toe enige roman. Pas tien jaar na dato durfde een uitgever de publicatie van A Girl Is a Half-formed Thing aan. Dit niet (alleen) vanwege de beladen thematiek, maar ook vanwege de vorm, de taal waarin het is gegoten. Inmiddels is het boek overladen met prijzen. Twee jaar later verschijnt nu bij Hollands Diep, het nieuwe imprint van de oud-voorman van De Bezige Bij Robert Ammerlaan, de Nederlandse vertaling. Vertaalster Gerda Baardman zal een hele kluif aan Een meisje is maar half af hebben gehad.

mcbride meisje halfMcBride hanteert een taal die je met enige goede wil als literaire rap zou kunnen betitelen, ware het niet dat het ritme op z’n zachtst gezegd nogal jazzy is. De zinnen worden naar het schijnt lukraak afgebroken en aan volgende woorden gelijmd. Ze zijn net zo onaf als het meisje is in de titel. Close reading is in het geval van deze roman eigenlijk niet mogelijk. Je blijft, indien je het op de ‘ouderwetse’ manier tot je neemt – dat wil zeggen, van zin naar zin, van alinea naar alinea, van voor naar achteren – bijna achter elk woord steken. Alsof je dyslectisch bent, alsof het een boek in een taal is die je maar den dele begrijpt. Krankzinnig vermoeiend, maar door de overvloed aan mooie beelden toch ook weer interessant. Op de toppen van de zenuwen bijeen gesprokkeld, naar het lijkt.

De enige manier om deze epigoon van James Joyce tot je te nemen is de pagina’s te ondergaan, naar het verhaal dat met horten en stoten op de achtergrond wordt verteld proberen te luisteren. De vader van de vertelster is dood, haar moeder leeft haar moeilijke jeugd uit op haar kinderen, een oom kan niet van haar afblijven en haar broer is terminaal ziek. Ze straft zichzelf daarna met gevoelloze seksuele uitspattingen.

Er spreekt uit de roman naast droefheid, een ongekende woede. Een woede die waarschijnlijk alleen te vatten is in dergelijke korte zinnen, in die afgebeten taal. En het moet gezegd, McBride weet daarmee toch iets waarachtigs neer te zetten, een nieuwe (taaltechnische) levensvorm welhaast. Een meisje is maar half af is gedurfd, knap geschreven. Sterke beelden in een knetterende taal. Enige vereiste: omschakeling van je leesbrein.

Guus Bauer

Eimear McBride – Een meisje is maar half af. Vertaald door Gerda Baardman. Hollands Diep, Amsterdam, 256 blz. € 19,98.

Zie ook de eerdere recensie van Koen Schouwenburg over het origineel.