Toen Robbedoes nog een Rooie was

Hoewel Ze noemden hem Rooie gaat over een robbedoes en we uiteindelijk te maken blijken te hebben met het personage dat model stond voor Robbedoes, is dit feitelijk geen Robbedoes-verhaal. Rooie wordt in het album gepresenteerd als het personage op wie de heldhaftige piccolo uiteindelijk is gemodelleerd. Toch past het qua formaat en opzet in de Robbedoes door…-reeks, de serie rond de piccolo die steeds door andere auteurs wordt getekend.

Deze keer is het de beurt aan Verron, die ons een heel andere blik gunt op het robbedoesuniversum dat met name Franquin heeft vormgegeven en dat wij doorgaans als referentie beschouwen. Verron tekent krasseriger, realistischer en met lekker veel soul. De pagina’s swingen en zien er – ondanks de soms bedompte kleuren – goed uit.

Het verhaal gaat min of meer over Rooie, een acrobaatje van een jaar of twaalf dat besluit naar Amerika te vertrekken nadat zijn moeder komt te overlijden in het circus. Het is eigenlijk een van de verhaallijnen die tezamen komen op een cruiseschip met bestemming Amerika: Rooie heeft aangemonsterd op het luxe schip, waarop ook een rijke industrieel en zijn zieke dochter meereizen. De industrieel heeft even daarvoor honderden mensen ontslagen en op de boot wordt hij gechanteerd door gedupeerde werklui, die de ontslagronde ongedaan willen maken. Dat is feitelijk de hoofdvertelling van het verhaal. Intussen ziet het dochtertje onze Rooie wel zitten.

Er ontwikkelt zich een avontuur waarin Rooie, de bemanning en de industrieel steeds achter de feiten aanlopen: ze hebben de eerste aanslagdreiging amper verijdeld of er dient zich een tweede aan, en daarna ook nog een diefstal. Het enige wat ze doen is anticiperen. Steeds opnieuw moet er iets worden opgelost, totdat alles en iedereen ontmaskerd is. En dan blijkt de geschiedenis van Rooie en de dochter ineens belangrijker dan die van de gedupeerde werknemers. Dat probleem is zijdelings afgewikkeld.

Scenarist Yves Sente heeft er een interessant gegeven aan toegevoegd: een van de kapiteins op het schip is Robert Velter, die in zijn vrije tijd niet onverdienstelijk (strip)tekeningen maakt. Deze Velter heeft echt bestaan en is de geestelijk vader van het figuurtje Robbedoes, dat hij in 1934 bedacht. Op de boot ontmoet hij Martin Branner, de striptekenaar van Winny Winkle, die hem een baan aanbiedt als assistent. Ook dat is historisch juist. Of Velter echt een jongetje heeft gekend dat Rooie heette en model stond voor Robbedoes vertellen de geschiedenisboeken niet.

Ze noemden hem Rooie is ondanks de buitelende opeenvolging van gebeurtenissen toch een leuk verhaal geworden. De tekeningen van Verron zijn mooi, actief en het verhaal heeft veel vaart. Misschien beter om afgeleide Robbedoesverhalen niet steeds langs de meetlat van Franquin te leggen: dit album biedt genoeg leesplezier. En 78 pagina’s op groot formaat is ook nog eens waar voor je geld.

Stefan Nieuwenhuis

Verron & Sente – Ze noemden hem Rooie. Dupuis, Marcinelle. 78 blz. € 9,95.