De ontrafeling van de mythe Mengele

De nazi-dokter Joseph Mengele, bijgenaamd de ‘engel des doods’, werd na de Tweede Wereldoorlog nooit gepakt voor zijn misdaden. Olivier Guez beschrijft in zijn roman De verdwijning van Joseph Mengele het leven van de arts van Auschwitz tijdens zijn ballingschap in Zuid-Amerika.

Net als Adolf Eichmann vluchtte Joseph Mengele naar Argentinië, maar hij werd nooit gevangen genomen en stierf in 1979 in Brazilië. Olivier Guez schreef een sterke roman over de na-oorlogse jaren van Mengele: De verdwijning van Joseph Mengele is een portret van de mens Mengele.

Het is verleidelijk en maar al te begrijpelijk om misdadigers als Eichmann te karakteriseren als een monster, een beest, een duivel. In zijn boek over Eichmann, De zaak 40/61, schreef Harry Mulisch dat de pers tijdens het proces een ‘Satansbeeld’ creëerde van Eichmann. Mulisch deed dat niet en schreef over Eichmann: ‘Hij blijkt een mens: een wat groezelige, verkouden man met een bril op.’ Dit beeld is niet verzachtend, integendeel: het maakt het juist nog afschuwwekkender. Ook Joseph Mengele was een mens, een man met eigenschappen. IJdelheid was er één van, een eigenschap waar z’n broers en z’n vrouw Irene altijd lacherig over deden, maar die er wel voor zorgde dat hij kon vluchten, schrijft Guez. Zo weigerde Mengele zijn legernummer onder zijn oksel te tatoeëren, wat verplicht was bij de SS. De Amerikanen hielden hem aan na de oorlog, maar ze vonden geen nummer. Mengele deed zich voor als een simpele soldaat en werd later weer vrijgelaten.

Mengele hield zich in de eerste jaren na de oorlog schuil in Duitsland en vertrok aan het einde van de jaren veertig naar Argentinië. Daar bevond zich een heel netwerk van gevluchte Nazi’s die bescherming kregen van de Argentijnse president Perón. Ver weg van Duitsland klagen de Nazi’s over de teloorgang van Duitsland nu de oorlog is verloren. Mengele erkent zijn misdaden niet, sterker nog: hij is ervan overtuigd dat hij belangrijk werk heeft verricht als ‘bewaker van het zuivere ras en alchemist van de nieuwe mens’.

De verdwijning van Joseph Mengele mengt de historische waarheid met fictie. De politieke werkelijkheid, bijvoorbeeld het regime van Perón, is het decor van het personage Mengele. Als de feiten niet toereikend zijn, gaat het om mogelijkheden en de mogelijkheidszin is het grondbeginsel van het genre van de roman. Het hypothetische karakter van de roman zorgt ervoor dat we dichter bij Mengele kunnen komen, maar hoe meer we hem naderen, hoe onbegrijpelijker hij wordt.

Mengele heeft een prima leven in Argentinië. Zijn vrouw bleef met hun zoon achter in Duitsland en vraagt een scheiding aan. Daarop trouwt Mengele met Martha, de vrouw van zijn broer. Zij komt met haar zoon over uit Duitsland en ze treden in het huwelijk. ‘Het Patagonische lam van het spit de eerste avond is overheerlijk.’ Het zijn dit soort ogenschijnlijk simpele zinnen die De verdwijning van Joseph Mengele zo onaangenaam treffend maken: Mengele gelukkig met zijn nieuwe vrouw genietend van een stukje lamsvlees.

De ontvoering van Eichmann is een breekpunt. Mengele kon hem niet uitstaan, deze Eichmann en zijn praatjes. Nadat de Israëliërs Eichmann ontvoerden is ook de jacht op Mengele geopend. Zijn luxe leven als vertegenwoordiger is voorbij, hij vlucht naar Paraguay en belandt uiteindelijk in Brazilië alwaar hij op 67-jarige leeftijd zal sterven.

De verdwijning van Joseph Mengele verschilt van HhhH, de bestseller van Laurent Binet, door de vorm, de wijze van vertellen. Bij Binet onderbrak de verteller herhaaldelijk zijn verhaal met beschouwelijke passages over feit en fictie en maakte zo van deze opposities een belangrijk thema van zijn roman. In De verdwijning van Joseph Mengele maakt Guez niet zo’n duidelijk onderscheid tussen het feitelijke en het fictieve.

De verbeelding treedt op wanneer Guez het innerlijk van Mengele beschrijft. Zijn angsten en dromen, zijn gevoelens omtrent zijn ex-vrouw en zijn zoon, zijn frustraties jegens de familie op de boerderij waar hij zich schuilhoudt en zijn relatie met Elsa, de vrouw die hem op oudere leeftijd verzorgt. ‘Laat je nooit meeslapen door een menselijk gevoel,’ laat Guez Mengele denken in het begin van de roman. Mengele kan de daad niet bij het woord voegen, want al te vaak laat hij zich leiden door emoties. De verwaande en onhandelbare Mengele is bang en boos, irrationeel, vol zelfmedelijden, koppig en eerzuchtig. Mengele kende geen berouw; hij blijft volhouden, gevangen in zijn geperverteerde gedachtegangen, halsstarrig overtuigd van zijn eigen gelijk. Hij is een mens met eigenschappen, maar hij mist het onmisbare: empathie.

Na de geslaagde poging de mythe Mengele te ontrafelen eindigt De verdwijning van Joseph Mengle met een pessimistische verwittiging die na dit verhaal nauwelijks valt te loochenen: ‘Heb wantrouwen, de mens is een kneedbaar schepsel, mensen moeten gewantrouwd worden.’

Koen Schouwenburg

Olivier Guez – De verdwijning van Jospeh Mengele. Vertaald door Geertrui Marks, Saskia Taggenbrock en Martine Woudt. Meulenhoff. 224 blz. € 19,99

Deze recensie stond in het Friesch Dagblad van 12 mei 2018

Eerder verscheen op Tzum deze recensie van De verdwijning van Joseph Mengele