Verstopt voor de wereld

Helemaal klaar met alles, met de verplichtingen van het werk, de relatie, de kinderen. Het overkomt Andrea in Onderdak, de tweede roman van Elisabeth van Nimwegen, die in 2013 debuteerde met de novelle De smaak van ijzer en eveneens werkzaam is als actrice en tv-presentatrice.

Andrea is 43 jaar, moeder van Anaï en Mia, echtgenote (‘ook al zijn we niet getrouwd’) van Tjibbe, die niet alleen half Fries en oogarts, maar ook ‘leuke vader’, ‘aardige vent’, ‘joviale kerel’, ‘toffe peer’ en nog wat van die dingen is. Andrea heeft zulk soort kenmerken niet en kan er bij hem ook steeds slechter tegen. Ze doet thuis en op het werk vooral mee met de heersende leer van plichten en deugden, omdat dat nu eenmaal van haar verwacht wordt. Ze houdt de leugenachtige schijn op van een tevreden leven. Tot er een grens wordt bereikt. Het herinnert aan het plotselinge vertrek van haar hippiemoeder, die vele jaren geleden haar man en kleine kinderen verliet, naar India vertrok en nooit meer iets van zich had laten horen. Bij Andrea is de rek er helemaal uit vlak voor een beroepsmatige reis naar een conferentie in Helsinki.

Op Schiphol trekt ze zich huilend terug op een wc, nadat ze zich in de taxi op weg naar de nationale luchthaven eerst nog heeft laten nemen door een jonge Marokkaanse chauffeur. Daarvoor moest ze wel de even eerder thuis kapotgeslagen printer aan de kant zetten, waar ze nog een afvalcontainer voor wilde zoeken. Haar black out kwam dus ook weer niet zo maar uit de lucht vallen.

…Ik weet maar een ding: ik kan nu niet dat vliegtuig in. Dan ga ik nog liever dood. 10.57. Ik ga niet, ik ga niet, ik ga niet. En ik ga ook niet naar huis. Thuis moet ik van alles. Thuis gaat Tjibbe weer met zijn bezorgde blik naar me kijken, die betuttelende gaat-het-wel-goed-met-haarblik…

De (tijdelijke) uitkomst blijkt toch thuis te vinden, in een half gevuld rommelhok op zolder, waar vrijwel nooit iemand van het gezin komt. Ze trekt zich er terug voor de wereld, slikt er wat oxazepammetjes en gaat onder zeil. Wat daarna volgt, heeft bepaalde trekken van Jean Cocteau’s La Voix Humaine: de wanhopige gedachten en gesprekken, in dit geval ook appjes, van een vrouw, die de grip op haar leven volkomen kwijt is en nog geen begin van een uitweg ziet.

De hele roman omvat niet meer dan een paar dagen, overwegend vanuit die stilstand in de muffe zolderkast, maar door Andrea’s overwegingen, herinneringen en associaties, en haar meevoelen op afstand met het leven van haar eigen gezin dat zich een of twee etages onder haar afspeelt, de Poolse werkster en de collega’s elders, blijft het verhaal zich steeds verrassend ontwikkelen.

Als de woning af en toe geheel verlaten is, kan ze snel even de wc gebruiken, tanden poetsen, een douche nemen. Het zijn in haar situatie enge avonturen, al vinden die activiteiten dan ook plaats in haar eigen huis. Ze gebruikt haar mobieltje om de buitenwereld in de waan te brengen dat ze wel degelijk naar Finland is afgereisd, terwijl haar collega’s die echt in Helsinki verblijven juist het bericht krijgen dat ze door een plotselinge griep verstek heeft moeten laten gaan en thuis in bed ligt.

Onderdak vertelt op deze, bij vlagen hilarische, manier het benauwende verhaal van onze steeds veeleisender maatschappij, die je geen moment meer met rust laat.

Als ik denk aan alle mensen in oorlogsgebieden, in vluchtelingenkampen, aan ondervoede kinderen in arme landen, mishandelde vrouwen, terrorismeslachtoffers, aan politieke gevangenen en religieus onderdrukten, de hele rimram waarmee het journaal vol zit, iedere avond weer, dan verdien ik niets anders dan een flinke ram op mijn bek. (…) Mijn koelkast is altijd gevuld, ik heb een warm huis, ik heb een baan, ik heb wat geld op de bank, ik heb twee gezonde kinderen en een man die geen vlieg kwaad doet. Ik heb op wat allergieën na een gezond lichaam. En toch, ik schaam me om dit te zeggen, heeft de som van al die dingen niet automatisch geluk als uitkomst.

Dat Andrea’s vlucht in de zolderkast geen fundamenteel antwoord op haar angsten en onzekerheden zal opleveren, is natuurlijk al snel duidelijk, maar juist dat perspectief maakt het zo herkenbare vraagstuk van de overload aan grote en kleine verplichtingen in onze tijd, niet in de laatste plaats voor jonge vrouwen, alleen maar zichtbaarder en schrijnender.

André Keikes

Elisabeth van Nimwegen – Onderdak. Van Oorschot, Amsterdam, 208 blz. € 18,99.