Zwart dragen

In Brooklyn maakt Juri uit Joegoslavië een film, dat wil zeggen hij maakt opnames en hij zoekt een geschikte actrice. Die vindt hij in Sofia, die hij aanvankelijk Laila uit Sarajevo noemt. Zijn vriend Pietro is met Juri meegekomen vanuit Italië. Hij wil een boek schrijven. Aan het slot van de roman Sofia draagt altijd zwart van Paolo Cognetti, begint hij het verhaal te schrijven dat de lezer in handen heeft. Het is dus gelukt, al duurde het een tijd voor de woorden kwamen.
De film is niet gelukt. Juri verandert steeds het script en is heel lang bezig om de film te monteren. Ten slotte is hij ontevreden met het resultaat en laat de film aan zijn vriend zien. Pietro moet een oordeel geven. Hij is eerlijk.

‘Volgens mij is hij onbegrijpelijk.’
‘Hoe bedoel je?’
‘Er valt geen touw aan vast te knopen, hij is onbegrijpelijk.’
‘De hele film?’

Pietro legt uit dat er heel veel mooie beelden in zaten, mooi en waar. Mooie foto’s van Laila, maar het leek een stapel foto’s. Je kon ze op de grond leggen, bekijken en de rest overslaan of ‘je eigen verhaallijn verzinnen, want die zat er niet in, alleen schoonheid en toeval.’ Juri hoort wat hij al wist en vraagt naar Pietro’s boek. Pietro is begonnen. Dan vraagt Juri of het over Sofia gaat. Ja, ze zijn beiden gefascineerd door hetzelfde meisje, dat enige tijd bij hen woont. Zij de de Sofia die altijd zwart draagt, enige dochter uit een ongelukkig huwelijk, met een moeder, die depressief is en met haar dochter ruzie maakt.

Naar mijn mening lijkt het boek een beetje op de mislukte film, al is het boek zeker niet onbegrijpelijk, maar de scènes maken de indruk of ze bij elkaar gezocht zijn. Er is wel een verband met het grote verhaal, dat gaat over de ongelukkige dochter, die uiteindelijk naar New York vlucht om daar als actrice te werken. Er moet ook geld verdiend worden met kleine baantjes als serveerster of oppas. Bij haar geboorte ging het al mis en moest het te vroeg geboren baby’tje gereanimeerd worden. Moeder had maagzweermedicijnen geslikt. De verpleegster vertelt haar verhalen en zegt tegen de baby: ‘Sofia, weet je wat dat is, een geboorte? Het is een schip dat ten oorlog vaart.’ (‘E una nave che parte per la guerra.’)
Zo, nu weet de lezer wat hem te wachten staat.

Het meisje speelt als kind met een zekere Oscar, die een tijdje bij haar woont. Hij is de baas in piratenspelen en Sofia is piraat. Als Oscar weer wordt opgehaald is Sofia niet te troosten. Op haar zestiende heeft ze een overdosis pillen genomen, wordt gered en belandt in een kliniek. Daarna volgt ze een theateropleiding in Rome.

Er zijn aparte hoofdstukken en verhalen over haar vader, haar moeder, de zus van haar vader, die haar tijdelijk opvangt, de jonge minnares van haar vader, over de autofabriek waar de vader als ontwerper werkt, over arbeidsverhoudingen, over een kunstenaar, die geen kunstenaar wil heten, over de vriendinnen van Sofia met wie ze in een studentenhuis woont. Al die verhalen cirkelen om Sofia, de geheimzinnige, net als in de film. Het geheel laat een film zien van Sofia’s leven, in episoden.

De verteller begint zijn verhaal over Sofia met een beschrijving van de jonge vrouw: ‘Ze zag eruit als iemand die in gevaar verkeerde.’ Dat wordt niet het begin van het hele verhaal. Het begint immers met de geboorte van Sofia.

Er is een grappig verschil tussen de voorplaat van de Italiaanse uitgave Sofia si veste sempre di nero. Daarop staat een glimlachend meisje. Haar zwarte jurk is een zwarte kat met een duistere uitdrukking. De Nederlandse uitgave toont een meisje ten voeten uit, maar zonder hoofd, in een zwarte jurk. De Nederlandse voorplaat lijkt me adequater: Sofia is moeilijk te duiden. Zij heeft, zoals haar tante op de foto laat zien, twee gezichten. Links ironisch, vol branie, agressief; rechts wantrouwig, bijna dreigend, moe. Haar blik fascineert mannen. De filmer en de verteller proberen haar te laten zien en dat lukt ook wel. Misschien is de film zo slecht nog niet. ‘Maar het gaat nergens heen.’ ‘Ma non va da nessuna parte.’

Cognetti’s latere roman De acht bergen is dwingender en meer een eenheid, vanwege het prachtige decor van de bergen en de verhouding tussen Pietro (!) en zijn vader.

Remco Ekkers

Paolo Cognetti – Sofia draagt altijd zwart. Vertaald door Yond Boeke en Patty Krone. De Bezige Bij, Amsterdam. 238 blz. € 19,99.