Een knagende leegte

In lange zinnen, met veel bijzinnen die als gedachtesprongen over de bladzijden waaieren, vertelt Per Petterson in Mannen in mijn situatie het verhaal van Arvid, een bijna veertiger die net een scheiding achter de rug heeft. Hij woont in Stockholm, is schrijver en worstelt zich door het leven heen. Zijn dochters zijn meegegaan met zijn vrouw Turdis. In zijn oude Mazda dwaalt Arvid door de straten, op zoek naar afleiding maar vooral naar invulling van de leegte die in deze situatie is ontstaan.

Ik stak een Blue Master op. De straat waar ik me bevond, liep geleidelijk naar beneden in een richting waarvan ik niet wist welke het was, of het noord was of zuid, oost of west, maar ik dacht, als ik hem helemaal uitloop, kom ik vroeg of laat in de stad uit, bij de haven, bij de fjord. Het kon niet missen. Daarna had ik geen gedachten meer.

Hij kan zichzelf net in het gareel houden, maar wanneer zijn dochters bij hem zijn, wordt het lastig met de omstandigheden om te gaan en mist hij vooral hun moeder. Vrouwen die hij her en der oppikt, bieden ten dele troost. In ieder geval voor het moment, maar hij weet dat het bij één keer blijft, ondanks de wens van de vrouwen om hem vaker te zien, ondanks zijn behoefte niet alleen te zijn, maar het lukt hem niet langduriger contacten op te bouwen.

Mooi zijn de beschrijvingen van de ontmoetingen met die vrouwen. Steeds denkt hij de ware gevonden te hebben, tot ze uit zijn zicht verdwijnen. De ene keer na een nacht samen in bed, de andere keer na een zeer kortstondige ontmoeting, bijvoorbeeld in de tram.

Ze kwam recht op me af. Ik had op haar gewacht, al lang voor de dag, en met haar ene hand pakte ze dezelfde stang vast die mij overeind hield, zette haar tas op de grond, trok met haar tanden haar handschoen van de andere hand uit en legde haar hand bloot en plat tegen mijn kaak, tegen mijn oor, niet hard maar ook niet licht. Ik leunde tegen haar hand. Dat was zo fijn. (…) Ze glimlachte even. Je bent er niet klaar voor, zei ze. Ik dacht even na. Ze had gelijk en dat verraste me. Nee, ik. Ik wou dat het wel zo was, zei ze. Ja, zei ik, ik ook.

Oude vrienden ziet hij ook zelden. Hij is vooral bezig met nadenken over hoe het zover heeft kunnen komen, wat er aan de scheiding vooraf ging en hoe mooi hij het vroeger met zijn vrouw Turdis had.

Turids wilde niet meer bij hem zijn. Het ging niet meer. Arvid wilde het nog graag proberen, maar zij zag daar het nut niet van in. Hoewel er een moment is dat ze hem in verwarde toestand opbelt om te vragen of hij haar bij een telefooncel wil komen ophalen omdat ze niemand anders heeft, blijkt dat de enige keer na hun scheiding dat zij hem nodig heeft. Maar Arvid blijft twijfelen of dat echt zo is. Die twijfel, die mannen in zijn situatie zullen herkennen, knaagt aan hem. Wat was er mis, waarom voldeed hij niet aan haar verwachtingen? Als zijn dochters bij hem zijn, probeert hij hen een beetje uit te horen hoe het met hun moeder is.

Wanneer hij een keer een weekend met ze op pad gaat, weet hij niet goed waar hij heen zal gaan. Midden op de weg keert hij plotseling de auto waardoor ze in de greppel belanden. Vigdis, zijn oudste dochter, is even buitenwesten. Ze gaan naar het ziekenhuis, maar daar kunnen ze weinig doen. Hij hoopt dat het geen gevolgen heeft, maar zijn onverantwoordelijke rijstijl heeft wel degelijk gevolgen. Vigdis belt op dat ze voorlopig niet meer bij hem zullen komen. Of dat de keuze van zijn dochters is of dat Turids erachter zit, laat zich raden.

De leegte wordt hierdoor groter. Hij heeft hen nodig maar hij weet dat zijn dochters hem ook nodig hebben. Langzaam herpakt hij zich, weet hij weer zin aan zijn bestaan te geven, een richting te zoeken die dan ook die kant op te gaan. Een knagend en indringend verhaal over eenzaamheid en verlangen, ook boeiend hen die niet in zo’n situatie zitten.

Arjen van Meijgaard

Per Petterson – Mannen in mijn situatie. Vertaald door Martin Mars. De Geus, Amsterdam. 252 blz. € 20,99.