Weinig verheffende, liefdeloze roman

Zonder liefde van Stefan Brijs is een teleurstellende roman. De verhaallijn is vrij simpel: Paul en Ava komen allebei net uit een relatie en leren elkaar kennen. Ze raken bevriend en besluiten dat ze geen geliefden zullen worden. Ze gaan beiden elders op zoek naar liefde, en groeien naar elkaar toe als vrienden. Dit had een spannend uitgangspunt kunnen zijn, bijvoorbeeld om te zien of een van beiden slaagt in de zoektocht, en wat dat dan doet met hun onderlinge verhouding. Die spanning is echter niet voelbaar omdat vrijwel alle gebeurtenissen door de personages worden verteld in plaats van worden beleefd. Zo vertellen Paul en Ava elkaar van alles over hun vorige relatie en dat zorgt voor een grotere afstand tussen het verhaal en de lezer dan nodig: de verteller zit er dan tussen. De lezer ziet twee mensen voor zich die aan het vertellen zijn en niet twee mensen die vreemdgaan of anderszins een einde aan een relatie breien. Op schrijfopleidingen wordt in de eerste les uitgelegd: ‘show, don’t tell’ (ofwel: toon, vertel niet), maar vertellen is precies wat Brijs voortdurend doet. Zijn personages maken niets mee, ze vertellen alleen wat ze mee hebben gemaakt.

Dit wordt nog verergerd doordat Paul, de verteller, over alles een waardeoordeel klaar heeft. Dat betekent dat er een personage is dat aan een ander personage vertelt wat hij heeft meegemaakt en al heeft bepaald hoe er over die gebeurtenissen geoordeeld moet worden. Het is lastig om als lezer dan nog een actieve houding aan te nemen, iets te beleven en te waarderen.

Een voorbeeld van zo’n dwingende gedachte: ‘Waar Ava’s vader op zijn vijfenveertigste voor vrijheid en levenslust had gekozen, had haar moeder zich in verbittering en zelfverwijt opgesloten.’ Het is onduidelijk of Ava dit aan Paul heeft verteld, of Paul tot deze conclusie is gekomen, maar vooral: als de lezer zich een beeld heeft gevormd van de warrige man die lezingen over films houdt en de vrouw die vooral het gedrag van Ava afkeurt, de lezer ook wel zelf een soortgelijke conclusie kan trekken. Nu Paul dit al heeft gedaan, kan de lezer alleen maar lui de tekst tot zich nemen.

Als ideeënroman is Zonder liefde te weinig verheffend, omdat de onderwerpen al uitgekauwd zijn. Moet er passie zijn om van liefde te spreken? Kunnen een man en een vrouw bevriend zijn zonder verliefd te worden? Snakt niet iedereen naar huisje-boompje-beestje? Kan het onderscheid tussen liefde en lust scherp gemaakt worden? Als er staat ‘Het was lust geweest en lust, had ik ervaren, was als fijn zand dat door de vingers glipt.’ denk je: ja, allicht, vertel me eens iets nieuws, en niet: wat een interessant idee, wat een vernieuwend concept.

De seksscènes zijn de beste van deze roman, omdat Paul dan handelt, iets belééft, en een keer niet overal over nadenkt en alles becommentarieert. Krachtig is dat Brijs dan inzoomt op momenten die bepalen of het nog wat wordt. Als Paul per ongeluk op een vrouw valt is het belangrijk hoe ze naar elkaar kijken, hoe ze dan handelen. Het is fijn dat het verhaal dan vertraagt en spanning opgeroepen wordt. Wat ook sterk is, is dat sommige gedachten haast pijnlijk eerlijk zijn. Zo vraagt Paul zich af of hij een vrouw graag weer ziet om haar of omdat hij de vorige keer door haar oraal is bevredigd. Dit zijn echter spaarzame hoogtepunten in een verder vlakke roman.

Erik-Jan Hummel

Stefan Brijs – Zonder liefde. Atlas contact, Amsterdam, 224 blz. € 22,99.