Jaap Spijkers zit aan een bureautje op het podium van de Koninklijke Schouwburg, Den Haag. Hij kijkt grimmig de zaal in. Als we de tweede keer kijken zien we dat het niet Jaap Spijkers is, maar de 69-jarige Krapp, in een eenakter van Samuel Beckett. ‘We’ zijn met weinig. Elke toeschouwer is omringd door minstens zes lege schouwburgstoelen. Krapp nadert zijn einde, het vuur in hem is verdwenen. Het spel van verbittering zweeft over lege stoelen die branden van werkelijkheid.