‘Historisch is dat wat je zelf niet zou doen’

Kurt Waldheim, zegt die naam u nog iets? Secretaris-generaal van de Verenigde Naties van 1972 tot 1983, bondspresident van Oostenrijk van 1986 tot 1992. Terwijl hij kandidaat was in de verkiezingen voor die laatste functie, raakte hij ernstig in opspraak. Hij bleek gelogen te hebben over zijn handel en wandel tijdens de oorlog als Wehrmachtofficier. In plaats van in 1942 het leger te hebben verlaten na gewond te zijn geraakt aan het Oostfront, diende hij tot 1945 op de Balkan en was hij onder andere gestationeerd in Saloniki tijdens de deportaties van Griekse joden. Waldheim verdedigde zich tijdens de verkiezingscampagne door te stellen dat hij, net als honderdduizenden andere Oostenrijkers, alleen maar zijn plicht had gedaan en dat voor het overige de aantijgingen laster waren. Waldheim won de verkiezingen. Wat zei dat over Oostenrijk?

Hitler was een geboren Oostenrijker. Seyss-Inquart ook, om een een hoge nazi te noemen die sporen in Nederland trok. Onder de nazi-kopstukken waren nogal wat Oostenrijkers en dat aantal groeide nog na de Anschluss van Oostenrijk bij Duitsland in 1938. Die door de overgrote meerderheid van de Oostenrijkers enthousiast werd begroet. Tijdens de Duitse intocht werd geen schot gelost. In Wenen en elders vermaakte het volk zich met het treiteren, mishandelen en bestelen van joden. Nergens in het Derde Rijk was het antisemitisme zo virulent als in Oostenrijk.

Ongetwijfeld was men zich in 1945 in Oostenrijks bewust van de innige band met het nationaalsocialisme. Om verantwoordelijkheid voor medeplichtigheid aan de misdaden van het nazi-regime te ontlopen en die ook zelf niet onder ogen te hoeven zien, hulden Oostenrijkers zich al direct na de capitulatie in 1945 in de rol van slachtoffer van het Duitse nazisme. In Duitsland kwam na 1960 een proces van Vergangenheitsbewältigung op gang, worsteling met en verwerking van het verleden, in Oostenrijk bleef dat uit. Zwijgen, schouders ophalen en desnoods liegen en zich voor het overige verschuilen achter plichten, bevelen en slachtofferschap, zo laat zich die attitude samenvatten.

Dit alles ter inleiding bij een bespreking van de fascinerende roman Dunkelblum zwijgt, van de Oostenrijkse auteur Eva Menasse. Dunkelblum is een fictief stadje, pal tegen de Hongaarse grens, in de zuidoostelijke Oostenrijkse deelstaat Burgenland. Daar speelt zich de handeling af, waarvan de actualiteit die van 1989 is. Nadat een vreemdeling voor onbepaalde tijd zijn intrek heeft genomen in hotel Tüffer raken de verhoudingen in Dunkelblum gespannen. De publieke kwestie van de watervoorziening – aansluiting bij het waterschap of vertrouwen op eigen bronnen? – zet de verhoudingen op scherp; de verwachting dat er mogelijk duizenden DDR-vluchtelingen over de grens met Hongarije komen maakt iedereen nerveus; het opknappen door studenten uit Wenen van de volkomen overwoekerde joodse begraafplaats roept lastige vragen op over het verdwijnen van de joden uit Dunkelblum en dan wordt bij toeval ook nog eens een skelet opgegraven op een akker aan de rand van de stad, een skelet waarover allerlei verhalen de ronde gaan doen. Intussen smeult de Waldheim-affaire nog steeds door: zijn presidentschap wordt door kritische geesten – niet bepaald een dominante mensensoort in Dunkelblum – beschouwd als symbool van de zwijgcultuur, die eindelijk eens doorbroken zou moeten worden.

Langzaam maar zeker raakt de Dunkelblumse gemeenschap meer verstrikt in deze kwesties. Weggestopte herinneringen banen zich een weg naar het bewustzijn, sommigen voelen zich gedwongen aan de borreltafel taboeonderwerpen aan de orde te stellen en bij enkelen spelen twijfels op, over schuld en onschuld en eigen verantwoordelijkheden.

Natuurlijk, in de nazitijd, maar ook daarna, toen dit deel van Oostenrijk tot de Russische bezettingszone behoorde, zijn vreselijke dingen gebeurd, dat wil iedereen wel toegeven. Ook degenen die er daadwerkelijk bij betrokken waren, geven dat toe. Maar ja, zeggen zij, we konden niet anders, we werden daartoe gedwongen. Daar beriepen zich ook de Dunkelblumse Hitlerjugend-jongens op, die kort voor de capitulatie moesten helpen bij het afvoeren van gevangenen naar de plek waar ze de kogel kregen. Menasse heeft de zin cursief laten afdrukken, waarin door een rechter met dat argument korte metten wordt gemaakt:

Iemand die nooit de geringste poging heeft gedaan om zich aan die dwang te onttrekken, kan zich nooit op onweerstaanbare dwang beroepen.

Menasse beschrijft de gebeurtenissen aan de hand van belevenissen en herinneringen van de tientallen Dunkelblumers die zij in deze roman ten tonele voert en die tezamen min of meer een dwarsdoorsnede van de volwassen bevolking van het stadje vormen, zoals Koreny, de plaatsvervangend burgemeester, Antal Grün, de kruidenier en een van de weinige joodse overlevenden, Alois Ferbenz, bejaard, invloedrijk en lokaal nazi-kopstuk van weleer, de Malnitzen, een onderling gebrouilleerde familie van wijnboeren, Resi Reschen, uitbaatster van hotel Tüffer sinds de joodse eigenaren voor hun gedwongen vertrek haar de sleutels hebben gegeven, en Rehberg, die zijn seksuele geaardheid denkt altijd geheim te hebben gehouden, maar van wie iedereen weet dat hij homo is en die een reisagentschap drijft. Zonder het te beseffen zorgt de naïeve Rehberg voor onrust met zijn plan Dunkelblum toeristisch interessanter te maken door een museumpje van de stad in te richten, waarvoor hij zelf alvast materiaal verzamelt.

Vele personages, met gevoel voor detail geschetst, allerlei lastige kwesties, waarvan vele met diepstekende wortels, die pakkend uit de doeken worden gedaan, bij alle complexiteit nooit aan samenhang inboetend en spannend van de eerste tot en met de laatste bladzij, het mag dan een cliché zijn, maar gezegd moet het: met Dunkelblum zwijgt heeft Menasse een roman geschreven die getuigt van groot literair meesterschap.

Hans van der Heijde

De titel van deze bespreking is ontleend aan een door Menasse opgevoerd citaat van Robert Musil.

Eva Menasse – Dunkelblum zwijgt. Vertaald door Annemarie Vlaming. Atlas Contact, Amsterdam. 524 blz. € 24,99.