De onderstaande recensie verscheen voor het eerst in 2022.

Vertelkracht

In De smokkelaar van de Exuma’s vertelt Geert van der Kolk een meeslepend en spannend avonturenverhaal over ene kapitein Gramm die in het Caraïbisch gebied op zoek is naar een vermist schip. Als hij het vindt krijgt hij een deel van het verzekeringsbedrag. Deze zoektocht verloopt bepaald niet zonder slag of stoot. We maken stormen mee, schietpartijen, wanhopige
doodsnood en raken betrokken bij mensensmokkel van Haïti naar Florida. En ondertussen geeft Van der Kolk een mooi geloofwaardig inkijkje in de leefwijze en cultuur van de mensen daar.

Dit verhaal heeft op het eerste gezicht iets van de avonturen van de onvolprezen Kapitein Rob uit de beroemde jaren vijftig-strip. Er is een boot, een eenzelvige kapitein, er is een vermissing, een zoektocht, piraterij, stormweer, vechtpartijen. Alle ingrediënten zijn er voor een fijn cliché avonturenverhaal op de toon van negentiende-eeuwse avonturenschrijvers maar dan zonder de meestal onvermijdelijke lovestory. Van der Kolk kent de traditie van deze literatuur goed hij, maakt er gebruik van, maar hij slaagt er ook in een werkelijk bloedstollende variant toe te voegen. Hoe doet hij dat /

Op de eerste plaats door zijn verhaal met grote vaart en vertelkracht voor het voetlicht te brengen. Bij hem geen bespiegelingen over de karakters van de verschillende figuren, ook geen uitstapjes naar het verleden om hun drijfveren te verklaren. De held uit het verhaal heeft geen verleden, we weten niets van hem, zijn drijfveren blijven verborgen. Hij wil geld verdienen,
dat is het, maar niet ten koste van alles.

Van der Kolk slaagt erin om met weinig woorden een boeiend figuur in het leven te roepen. Een echte held, vasthoudend, soms hard tot op het wrede, kwetsbaar en eenzaam. Vanaf de eerste bladzijde leven we met hem mee. Ook zijn hulpje, de jongen Rolle, staat als een huis binnen dit verhaal.

Bovendien houdt Van der Kolk ons moeiteloos bij de les omdat hij het leven en het varen op zo’n uitvergrote zeilboot uiterst geloofwaardig weergeeft. Ik weet niets over zeilen in gevaarlijke wateren, niets over communicatiesystemen en routes, vrijwel niets over het Bimini-gebied. In dit boek is iemand aan het woord die het wel weet, die er niet over opschept of me verveelt
met langdradige gebruiksaanwijzingen, maar die me tussen neus en lippen door alle ins en outs van het zeilbestaan onder de neus wrijft. Van der Kolk houdt een oude traditie van literatuur in ere: je hoort er iets van op te steken.

Maar vooral vertelt Van der Kolk een krachtig en kloppend verhaal waarbij hij bepaald geen zoete broodjes bakt. De ontberingen en verschrikkingen zijn trefzeker en af en toe werkelijk bloedstollend geschetst. Het einde is hartverscheurend.

De stijl van deze onopgesmukte avonturenroman sluit daar prima bij aan: korte zinnen, laconiek, trefzeker. Geen vervelende landschapsbeschrijvingen maar to the point waarnemingen. ‘Er zijn vleermuizen. Ze vliegen snel en doodstil heen en weer. Je kunt ze alleen zien als ze dicht bij de maan zijn. Ze duiken uit het dorp op als vliegende vissen uit de zee.’ Dit boek
overtuigt.

Kees ’t Hart

Geert van der Kolk – De smokkelaar van de Exuma’s Veen Amsterdam 176 blz.

Deze recensie verscheen voor het eerst op 1 februari 2002 in de Leeuwarder Courant.