Ongebreidelde fantasie

De verbouwereerde en ietwat naïeve toeschouwer van de sculpturen van de Belgische kunstenaar Panamarenko (1940 – 2019) zou zich de vraag kunnen stellen of al die objecten ook functioneren. Kan de zeppelin vliegen? Kan de duikboot duiken? Kan het vliegtuig vliegen? Die vraagstelling is verkeerd. Kunsthistoricus Jo Coucke herinnert er in zijn voorwoord aan dat Panamarenko eigenlijk niks met kunst te maken wilde hebben en zich daarom met wetenschap bezighield. En dat net daarin poëzie werd gevonden. Maar daarbij was het wel altijd zo dat de natuurkundige feiten ‘Panamarenko’s privéterrein’ waren en dat ze bijgevolg enkel naar zijn eigen wetten luisterden.

Wie Panamarenko Fundamentals leest, het nieuwe kunstboek met de twintig beste werken van Panamarenko, zal al vlug merken dat de dynamiek van de kunstenaar gevoed werd door verwondering, speelsheid en een ongebreidelde fantasie. Panamarenko, autodidactisch geschoold in wis- en natuurkunde, is in geen enkele stroming onder te brengen. Hij probeerde kunst met wetenschap en techniek te verweven en gaf zo ook meteen kritiek op de traditionele kunstwereld. Hij maakte vaak sculpturen waarmee hij de zwaartekracht wou overwinnen. De magnetische schoenen, het eerste werk uit het boek, is daar een aankondiging van. Eind jaren zestig toonde Panamarenko aan dat het mogelijk was om ondersteboven over een stalen plaat te wandelen via elektromagneten. Een groot deel van zijn oeuvre bouwt voort op hetzelfde thema. De legendarische The Aeromodeller, volgens Panamarenko zelf zijn beste werk, is een ruimteschip dat lijkt op een zeppelin. Hij maakte ook een Vliegend Tapijt en een toestel om tussen de dichte begroeiing van de jungle te zweven. Maar de kunstenaar is niet enkel geïnteresseerd in de werking van vliegtuigen maar ook in de wijze waarop insecten vliegen. Ook op basis van die studie maakt Panamarenko objecten, zoals Umbilly I, een vliegobject waarvan de vleugels werken zoals die van een insect. De kunstenaar ontwikkelt zelfs een Toymodel of Space, zijn eigen ruimtetheorie. Als een professor hem uitlegt dat zijn theorie niet klopt, blijft Panamarenko toch tevreden over zijn inzichten. Het is eerder de professor die Panamarenko niet begrijpt dan omgekeerd.

Panamarenko zou dit jaar vijfentachtig jaar zijn geworden en daarom is er in Vlaanderen een Panamarenko-jaar met tentoonstellingen – voornamelijk in Antwerpen – en de uitgave van Panamarenko Fundamentals. Er zijn natuurlijk al talrijke goede catalogi gepubliceerd in binnen- en buitenland. Ook zijn er diepgravende essays beschikbaar. Maar voor wie nog geen enkel boek van Panamarenko in huis heeft, is Panamarenko Fundamentals zeker een mooie start. Jo Coucke geeft bij elk kunstwerk juist genoeg informatie om de werken beter te kunnen begrijpen en te kaderen. De foto’s zijn van goede kwaliteit en er is een goede mix van kleurenfoto’s met zwart-witfoto’s. Omdat het traject naar het uiteindelijke kunstwerk voor Panamarenko ook altijd belangrijk was, is het ook mooi dat een aantal schetsen is toegevoegd. ‘Brief aan Panamarenko’ van Eveline Hoorens, de weduwe van de kunstenaar, is oppervlakkig en het voorwoord van Jo Coucke erg summier, maar het boek als geheel is als introductie tot het werk van Panamarenko zeker geslaagd.

Kris Velter

Jo Coucke – Panamarenko Fundamentals. MER. Books, Gent. 136 blz. € 37,-.

(foto boven: Michiel Hendryckx, CC BY-SA 3.0, via Wikimedia)