Recensie: Lydia Rood – Mevrouw was stil vandaag
Deze recensie van Mevrouw was stil vandaag komt uit 2002.
Zielig
Hoe maak je literatuur van gestoorde dementerende of lichtdebiele mensen? Aan de meeste romanfiguren zit wel een steekje los, omdat een schrijver altijd iets bijzonders van zijn personage wil maken. Maar echt gek of achterlijk zijn ze meestal niet want het valt niet mee een echte gek of halve gare een roman lang interessant te houden. Madame Bovary was niet echt gek. Ook de personages in de romans van bijvoorbeeld Thomas Rosenboom zijn niet ongeneeslijk gestoord, al scheelt het niet veel bij Willem Augusteijn van Donck uit Gewassen vlees.
Gekken of gestoorden blijven nu eenmaal gek, dat is het probleem. Genezen doen ze niet, dus wordt het er in de loop van de roman niet beter of slechter op en heb je als schrijver een probleem met de spanningsboog: hoe hou je je figuur interessant? Je zou kunnen schrijven over de manier waarop mensen reageren op gekken en halve garen, zoals Kafka deed in het schitterende verhaal over de man die in een kever veranderde. Maar dit is niet de aanpak van Lydia Rood in haar boek Mevrouw was stil vandaag, al laat ze af en toe wel reacties van familieleden en betrokkenen op de personages doorkomen.
Rood’s boek bevat drie verhalen over verschoppelingen gen van onze maatschappij. Het eerste gaat over Nienke die aan een ernstige persoonlijkheidsstoornis lijdt. Ze raakt zwanger en probeert dat binnen haar verwarde bestaan in te passen. Rood probeert ons bij het verhaal haal te betrekken door vanuit het gezichtspunt van Nienke te schrijven, het is een ik-verhaal. Dit verhoogt de geloofwaardigheid niet, omdat iemand als Nienke niet in staat is dit soort rationalisaties zo op papier te krijgen. Maar hier kon ik me wel overheen zetten. De moeilijkheid is het niet aflatende gevoel van mededogen dat Rood haar verhaal heeft binnengeschreven. We kunnen Nienke alleen maar liefhebben en medelijden met haar hebben. Maar daarmee heb je geen interessant romanpersonage, het produceert alleen een enigszins duf gevoel van: nou, dit is wel zielig zeg.
Datzelfde geldt voor de andere verhalen Rood maakt ons sterk emotioneel betrokken bij de dementering van Magda door in haar hoofd te kruipen. En we krijgen veel informatie over de verschrikkingen van de verzorgingstehuizen. Ook de belevenissen van de achterlijke Berend Meester uit het laatste verhaal werkten sterk op mijn gevoelens van medelijden in.
Ik raakte dus absoluut overtuigd van Rood’s emotionele betrokkenheid, maar tegelijkertijd werkte die ook sterk op de zenuwen. Zoveel medelijden, zoveel beklemming, na 40 bladzijden wist ik het eigenlijk wel, maar daarna moest ik er dus nog ruim 200 zonder dat er iets veranderde. Misschien ben ik minder geschikt voor dit soort werk en zegt dit allemaal niets over dit boek.
Rood vertelt rechtstreeks, zonder opsmuk, ze hanteert een concrete journalistieke stijl, maar juist die stijl treft niet de bijzonderheid van deze mensen. Ze worden beklagenswaardige
typen, geen adembenemende personages. Vergelijk deze stijl eens met de stijl uit The Sound and the Fury van William Faulkner, waarin eveneens een achterlijke jongen aan het woord is. Hierbij steekt Rood’s werk bleek af, maar ja, deze vergelijking is niet eerlijk: wie steekt niet bleek af bij het werk van Faulkner.
Kees ’t Hart
Lydia Rood – Mevrouw was stil vandaag. Prometheus, Amsterdam. 230 blz.
Deze recensie verscheen voor het eerst in de Leeuwarder Courant op 23 augustus 2002.