Recensie: Frank Westerman – Terug naar De Nul
Naar welk nulpunt willen we terug?
Het is altijd een hachelijke onderneming om je geliefde de omgeving te laten zien waarin je bent opgegroeid, zeker als die geliefde pas laat in je leven is gekomen. Dat beseft Frank Westerman ook als hij zijn nieuwe liefde, die uit Londen komt, Drenthe wil laten zien. De zwartbonte koeien zijn vervangen door langharige types uit Schotland en Spanje, ‘hippierunderen die zich van de maatschappij hadden afgewend’. De ooievaars die in zijn (en mijn) jeugd verdwenen waren, zijn in groten getale terug. Om over de wolf nog maar niet te spreken. De verwildering van het landschap is het doel, maar, vraagt Westerman zich af: ‘Naar welk historisch nulpunt willen we terug? En: wil ik dat ook?’
De boeken van Westerman kenmerken zich altijd door minimaal twee sporen: een journalistiek-historisch spoor en een persoonlijke spoor. Dat is ook in Terug naar De Nul het geval, een deel in de fijne reeks ‘Terloops’ van Van Oorschot. Westerman komt uit Drenthe weg en heeft er zijn ouders begraven, dus de provincie is hem dierbaar en dat wil hij ook aan zijn geliefde laten zien, al loopt de eerste poging om in een landgoedachtig hotel te overnachten mis en het paar moet overnachten in een Van der Valk ‘met uitzicht op de A37 naar Duitsland’. Het voldoet niet helemaal aan een idyllisch plaatje zoals de authentieke boerderij ‘De Nul’ van de titel, maar tegelijkertijd kun je je geen beter visitekaartje van doorsnee Nederland wensen dan een Van der Valk.
Westerman beschrijft ook een excursie waarin hij terugkeert naar de oertijd met de gidsen Ard en Ellen. Met zijn zus loopt de schrijver rond met afgedankte kledinghangers die tot wichelroedes gevouwen zijn om energiebanen te vinden, al zijn de Westermannen daar niet heel geschikt voor. De toelichting van de gidsen bij de hunebedden is niet helemaal wetenschappelijk onderbouwd en tot haar schrik merkt de zus van Westerman dat een groot deel van de groep bestaat uit wappies en complotdenkers. De ironie van hun onderneming krijgt dan een licht onheilspellend randje.
Terug naar het andere spoor: met enige scepsis kijkt Westerman naar het hele idee van rewildering van de natuurbeheerders.
Ze spreken van ‘natuuramnesie’, de aandoening dat grootmoeder nog korhoenders heeft zien baltsen, en dat wij deze vogels niet eens meer missen, simpelweg omdat we geen herinnering aan ze hebben. Los van die misplaatste romantisering van grootmoeders tijd (mijn oma Sietje Bravenboer stond kromgebogen te schrobben boven de wastobbe en ging nooit op vakantie) lijkt me ‘mensenheugenis’ een weinig betrouwbaar ijkpunt. Mij grijpen oude foto’s van mijn geboorteprovincie me steevast bij de strot. Wat een bodemloze leegte. In 1883 ervoer Vincent van Gogh de gekmakende verlatenheid van het hoogveen als ‘een foltering’. Zijn Drentse doeken, met hun vegen bruin en grauw, zijn studies in somberte.
Terug naar De Nul is maar een klein boekje, maar het stelt wel de wezenlijke vraag waarnaar wij vol nostalgie naar terugverlangen. Waarschijnlijk een geïdealiseerd verleden dat een illusie blijkt zijn.
Coen Peppelenbos
Frank Westerman – Terug naar De Nul. Van Oorschot, Amsterdam. 80 blz. € 13,50.