Verstrippingen van gedichten kennen we, maar het probleem is dat de stripmaker dan veelal in dienst staat van de dichter. In Duplex, het boek dat komende vrijdag centraal staat in een programma op Poetry International is het uitgangspunt anders. Samensteller Stefan Nieuwenhuis nodigde acht duo’s uit om samen een grafisch gedicht te maken.

Duplex-omslag

Geen verstripping, waarbij de striptekenaar met een kant-en-klaar gedicht aan de haal gaat, maar een gezamenlijk proces van woord en beeld, duwen en trekken, gunnen en eisen en de centrale vraag: hoe verhouden beide kunstvormen zich als ze tot elkaar veroordeeld zijn. De resultaten zijn prachtig, verrassend en laten het beste van beide werelden zien.

Het boek is verschenen bij uitgeverij Strip2000 in samenwerking met Zone 5300 en werd onlangs gepresenteerd op de Stripdagen in Haarlem.

De duo’s zijn: Tsead Bruinja en Lies van Gasse, Anneke Claus en Serge Baeken, Marije Langelaar en Wilbert van der Steen, Daniël Dee en Robert van Raffe, Maarten van der Graaff en Maarten de Saeger, Maud Vanhauwaert en Delphine Frantzen, Dennis Gaens en Sam Peeters, en Ellen Deckwitz en Ruben Steeman.

Op vrijdag 22 juli opent in het Nederlands Stripmuseum een expositie rond Duplex, getiteld ‘Wat je overhoudt is het beste van beide werelden’. Daar is niet alleen het originele werk te zien, maar ook de schetsen, het poëtische voorwerk en een korte uiteenzetting van het proces en de ontstaansgeschiedenis van de grafische gedichten. Zo krijgen bezoekers een indruk van de samenwerking tussen dichter en tekenaar, tussen woord en beeld.

Naast de acht Nederlandse en Vlaamse duo’s is er ook al een voorproefje te zien van de Britse Duplex, die volgend jaar in Cheltenham wordt gepresenteerd: vijf Britse duo’s van striptekenaars en dichters haken aan in Groningen. In mei 2017 is tijdens het Cheltenham Poetry Festival een Engelstalige (deels vertaalde) expositie van de Nederlandse, Vlaamse en Britse bijdragen te zien.