Een draak met badslippers

Brian Elstak is beeldend kunstenaar en bekend van albumcovers en videoclips. Samen met Karin Amatmoekrim maakte hij zijn eerste kinderboek, dat hij baseerde op de verhalen die hij aan zijn eigen drie kinderen vertelt. Tori is ook het eerste kinderboek van de sympathieke jonge uitgeverij Das Mag, die het boek aankondigt met de leus ‘Eindelijk een kinderboek voor álle kinderen’. Waarmee dan direct verwezen wordt naar het feit dat de kinderen in Tori een kleurtje hebben. Of het echt zo is dat Tori daar een van de eersten in is, valt te betwijfelen en of dat zo belangrijk is, doet misschien minder ter zake dan dat het gewoon een originele en spannende aanwinst is in kinderboekenland.

Tori gaat over de drie ‘mensenkinderen’ Cel, Bones en Zi, geboren uit een ei en opgevoed door de reuzenschildpad Jean-Michel Tortoise, die uitblinkt in het vertellen van verhalen. Een echte ‘toriman’ dus. Zijn kinderen vragen hem de verhalen op te schrijven, zodat ze bewaard blijven. Het schrift waarin hij dat doet, valt echter al snel uit elkaar en hij besluit de hulp in te roepen van Lennox, een vriend die verstand heeft van boeken. Op dat moment staat Vos voor de deur, een zakenman en prototype van de gewiekste uitgever die geld ruikt. Jean-Michel gaat er niet op in en wekt zo de woede op van Vos: ‘Al die zogenaamd mooie boeken van Lennox verkopen stuk voor stuk voor geen meter. Ik heb pas mooie boeken bij mijn uitgeverij’.

Maar Jean-Michel houdt voet bij stuk en wimpelt Vos af. Als hij de volgende dag met buurvrouw Pelikaan naar het ziekenhuis moet, besluiten zijn kinderen het torischrift naar Lennox te gaan brengen en dan begint het verhaal pas echt. Gewapend met het potloodzwaard van Bones en Zi’s magische ‘colossusschild’, stappen ze in Dolores, ‘een mooie maar roestige machine die allang met autopensioen had moeten gaan’, en rijden door de jungle naar het dorp waar Lennox woont. Al snel blijkt dat Vos wat gevaarlijke dieren in heeft geschakeld om de kinderen op te jagen en het torischrift af te pakken. De jacht op het manuscript is begonnen.

Meer dan de taal van het verhaal, zijn de illustraties van Elstak de ware aantrekkingskracht van Tori. Ze spatten werkelijk van de pagina’s af. Angstaanjagend mooi zijn ze, de groene grijnzende reuzenkrokodil, de gevleugelde panter, de grommende katachtigen op struisvogels en een over de pagina’s buitelende draak met badslippers. Elstak gebruikt verschillende technieken maar voornamelijk pentekeningen die met aquarel zijn ingekleurd. Mooi is ook hoe ze soms niet helemaal af lijken te zijn en de waterverf zonder contour in vlekken uitloopt. En in andere tekeningen domineren weer zwarte krassen die ze een rauw tintje geven.

Zo recht voor zijn raap als de tekeningen zijn, is het verhaal soms ook. Het lijkt af en toe nog op een ongepolijst, ter plekke verzonnen verhaal en dat is tegelijkertijd de grote charme en de zwakte van Tori. Soms vermoed je knipogen tussen vader en kinderen die je zelf niet helemaal begrijpt en sommige verhaalelementen hadden ook iets meer uitgewerkt mogen zijn. Het potloodzwaard waarmee tekeningen tot leven komen is een mooie vondst maar het magische colossusschild van Zi is wat minder geslaagd. Ook hoe de kinderen de wapens vinden is een beetje onbevredigend. Maar dat is commentaar van een doorgewinterde lezersblik. Verhaal en illustraties vullen elkaar prachtig aan en ademen creativiteit en originaliteit.

En dan dat punt van die culturele diversiteit. Onlangs schreef Maarten Dessing er een artikel over in Boekblad. Hij geeft een aantal voorbeelden van Nederlandstalige kinderboeken waarin wel degelijk personages met verschillende culturele achtergronden voorkomen en concludeert dat het aanbod cultureel diverser is dan je op het eerste gezicht zou denken. Toch lopen Nederlandse uitgevers nog achter bij de Angelsaksische wereld en daar is het aanbod al niet representatief. Werk aan de winkel dus. Alle kinderen zouden zich moeten kunnen herkennen in de verhalen die ze lezen en die hun ouders voorlezen.

Meer boeken als deze Tori van Elstak zijn dus zeker nodig. En daar neemt Elstak zelf aan het eind al een voorsprong op, door zijn verhaal te eindigen met mogelijke andere avonturen die nog voor de kinderen opdoemen. De reuzenkrokodil komt hen waarschuwen: ‘Wat ik wil zeggen, ventjes, is dat iedereen achter jullie aan zit. De Mollenboys, de Terrible Toekans, de Hadesbende, Slangenleer Serpenten’. Ik hoop dat Elstak niet in de valkuil stapt te veel sequels te maken maar ook met originele nieuwe verhalen te komen, want die tori’s van hem smaken naar meer. En die draak met badslippers is geniaal!

Martijn Nicolaas

Brian Elstak – Tori. Das Mag, Amsterdam. 129 blz. € 19,99.