Magische burenruzie

Op maandagmiddag om 15.42 explodeerde het gasfornuis van flat 2-F aan de Panamalaan.
Precies op datzelfde moment sprong een jonge kikker aan de andere kant van de stad de vijver in en vroeg zich af waarom hij zo ontzettend veel zin had in het leven.
Twee jongens die wilden gaan gewichtheffen, stonden die middag voor een gesloten sportschool. En niet zomaar gesloten: de ramen waren dichtgetimmerd met dikke planken.
De chauffeur van tramlijn 7 remde ondertussen, omdat hij niks kon zien nadat er een meeuw met gestrekte vleugels op de voorruit was geland. Alweer.
Net voordat ze een enorme knal hoorde, dacht Ravi aan haar vorige huis. Het gezellige huis waar ze tot een paar maanden terug had gewoond met haar broertje en haar moeder. En dat verkocht was aan andere mensen.
Dit had allemaal met elkaar te maken, maar dat wist nog niemand.

Sanne Rooseboom begint het Kinderboekenweekgeschenk door direct met de deur in huis te vallen: er zijn vreemde dingen gaande, en het is aan de lezer om die met elkaar te verbinden. Gelukkig krijgt deze hulp van Ravi, een elfjarig meisje met een goed hart en een avontuurlijke inborst. Samen met haar moeder, die door reuma in een rolstoel is beland, en jonge broertje komt ze terecht in een oud huis waar enkele excentrieke bejaarden zich met verdachte zaken bezighouden. Al snel blijkt dat het een viertal gepensioneerde tovenaars betreft, die met hun laatste krachten nog wat huis-, tuin- en keukenspreuken uitvoeren voor hun eigen vermaak. Het gaat echter mis wanneer hun toverlamp gestolen wordt door concurrerende tovenaars verderop uit de straat, die deze willen gebruiken om nog eenmaal hel en verdoemenis over de stad uit te storten. Het is aan Ravi & Co. om met creatief denkwerk dit snode plan tijdig te doen voorkomen.

Zowel de premisse als personages van Ravi en de laatste magie doen enigszins denken aan de populaire reeks jeugdboeken van Rooseboom over Het ministerie van oplossingen, waarin een groepje kinderen met hulp van een bejaarde vrouw in het geheim allerhande problemen oplost door slim en dapper te werk te gaan. De schrijver weet met weinig woorden een heel plot uit de kast te toveren waar je als lezer gretig door wordt meegesleept. Het leuke is dat, in tegenstelling tot veel andere fantasieboeken, het eens niet draait om een eeuwenoude machtsstrijd in een niet-bestaande wereld, maar dat het conflict kan worden beschouwd als een uit de hand gelopen burenruzie, wat de spanning er overigens niet minder om maakt, in tegendeel zelfs. Ravi voelt zich meteen geroepen om haar buurt te beschermen; een nobele taak die voor de jonge lezers enigszins te bevatten is. De alledaagse details die de setting met zich meebrengen geven het verhaal extra originaliteit: de slechteriken wonen eens niet in een gotische burcht, maar in een dichtgetimmerde sportschool. Ravi verschaft zichzelf hier geen toegang toe via een geheime gang, maar door het zolderraam van de buren. Hier geen wild woud, maar een tuin vol zwerfafval, onkruid en kuilen.

De tovenaars zelf zijn echte typetjes, wiens toverkunsten leuk samenvallen met hun gedrag. Zo kan de nieuwsgierige tovenaar zichzelf teleporteren, en is de dierenvriend in staat om kikkers te betoveren. Er zit veel melancholie naar hun gelukkige jeugd in de mijmeringen van de tovenaars: vroeger konden ze nog teleporteren naar zonnige vakantieoorden en grootse dieren tot heldhaftige daden aanzetten, maar met het verstrijken van de jaren spelen hun toverkunsten geen rol van betekenis meer. Eenzelfde verhaallijn zien we bij de moeder van Ravi, die eerst een sterke zelfstandige vrouw was en nu vrijwel overal hulp bij nodig heeft. Het mooie is dat zeker dit laatste personage niet bij de pakken neer gaat zitten en juist alles uit haar leven probeert te halen; Rooseboom laat zien dat beperkingen ook voor kracht en nieuwe mogelijkheden kunnen zorgen. Het is een van de wijze lessen die vrij subtiel in het verhaal verwerkt zijn.

Een andere les is omgaan met verandering. Ravi baalt als een stekker dat ze het huis waarin ze is opgegroeid heeft moeten verlaten en nu in een flatje woont, ver weg van haar vrienden en vaste speelplekjes. Ze neemt haar moeder deze veranderingen kwalijk, iets waarvan ze in de loop van het verhaal inziet dat deze houding weinig zin heeft. Net als de oude tovenaars leert ze het onbekende te omarmen en haar weg te vinden in de nieuwe omgeving, met een beetje hulp uiteraard. Een vrolijke noot daarbij zijn haar broertje Timo en zijn knuffelkonijn Meneer Zork, die overal voor openstaan en zich als twee vroegwijze kameraden gedragen.

‘Ik hoop steeds dat ik ’s ochtends wakker word in ons échte huis.’ Ravi schudde haar hoofd. Stond ze opeens haar hart uit te storten bij een oude vrouw die ze pas net had ontmoet!
‘Ik ben ook vaak verhuisd in mijn leven.’ Mevrouw Rosalie staarde voor zich uit. ‘Ik vond het moeilijk om me ergens thuis te voelen.’ Ze glimlachte. ‘Maar hier is dat gelukt.’
‘Is dit mijn kamer?’ Timo kwam binnenrennen. ‘We hebben uitzicht op de tuin! Is dit mijn bed? Wat goed zeg!’

Los van deze voor jongeren relevante thema’s en levenslessen is Ravi en de laatste magie vooral een grappig en spannend verhaal, dat niet al te ingewikkeld is maar genoeg vaart en wendingen bevat om 95 pagina’s te blijven boeien. De korte hoofdstukjes met nieuwsgierig makende titels helpen daar ook bij, evenals de cliffhangers. Wat het boekje verder nog een extra dimensie geeft zijn de fraaie tekeningen van Sophie Pluim, een jonge illustrator die al diverse omslagen voor populaire YA-fantasyboeken maakte. Haar gedetailleerde tekeningen in dit boekje geven het verhaal nog meer kleur en doen denken aan jeugdtitels van weleer. Voor de jongste lezers vertellen de illustraties uit zichzelf al fragmenten van het verhaal, en jongeren die moeite hebben met lezen zullen deze als een welkome afleiding beschouwen.

Deze vrolijke en fantasierijke vertelling van de talentvolle Sanne Rooseboom, die met Mot en de metaalvissers al een van de mooiste jeugdboeken van de afgelopen tijd schreef, is kortom een uitstekend Kinderboekenweekgeschenk dat kinderen van diverse leeftijden zal bekoren, hen laten nadenken over herkenbare problemen en een lach op hun gezicht doen toveren.

Willem Goedhart

Sanne Rooseboom – Ravi en de laatste magie. CPNB.