Amsterdam 25 Nov. ’47

Zeer geachte Heer Bordewijk,

Uw prozastukjes die ik voortreffelijk vond, zullen in het Januari-nummer worden geplaatst. Ik hoop van harte dat U nog in de gelegenheid zult komen de andere stukjes ook te schrijven. Ook voor verdere inzendingen houd ik mij natuurlijk zeer aanbevolen.

Ik dank U zeer voor Uw vriendelijke woorden naar aanleiding van “Conserve”. Mocht U er toe komen er in het Utrechts Nieuwsblad een kritiek over te schrijven, zoudt U dan de administratie willen verzoeken mij er een exemplaar van toe te zenden? Het Utrechts Nieuwsblad is hier namelijk in geen enkele kiosk verkrijgbaar en ook op de leestafel van De Koepel is het niet aanwezig.

Met vriendelijke groeten,

Uw

W.F. Hermans

Aanstaande vrijdag zal op het Huygens Instituut niet alleen het 14e deel van het Verzameld Werk van Willem Frederik Hermans gepresenteerd worden, maar ook een klein boekje met de correspondentie tussen de jonge hermans en de reeds gearriveerde auteur F. Bordewijk: Een onmiskenbare verwantschap – Brieven 1944-1965. Het 144 bladzijden tellende boek wordt ingeleid door Christiaan Weijts. De eerste exemplaren worden uitgereikt aan de Erven Hermans en Bordewijk: respectievelijk Ruprecht Hermans en Gunilla Bordewijk-Ingelsson. Aanmelden moest voor 10 juni, maar misschien lukt het nog na enig soebatten.