In 1871 schreef de Fransman Eugène Pottier een liedtekst, die waarschijnlijk de meest vertaalde songtekst ooit zou worden. Oorspronkelijk werd hij gezongen op de melodie van de Marseillaise. Nadat de tekst in 1888 op muziek was gezet door de  Belgische componist Pierre de Geyter, begon het strijdlied – want dat was het – aan een ongekende internationale opmars. Op voorstel van Vladimir Iljitsj Oeljanov (Lenin) en Rosa Luxemburg werd L’Internationale, want daar heb ik het over, in 1892 het officiële strijdlied van de Tweede Internationale.

Van het lied verschenen vele versies in tientallen talen, waaronder ook enkele vertalingen in het Nederlands. Om te voorkomen dat dit stuk veel te lang wordt, citeer ik steeds alleen het eerste couplet en het refrein. Alle Nederlandstalige versies hebben dezelfde titel: De Internationale.

Het bekendst, en tot op de dag van vandaag het meest gezongen, is de eerste vertaling – rond 1900 gemaakt door Henriette Roland Holst. Dit is het begin van die eerste Internationale:

Ontwaakt, verworpenen der aarde!

Ontwaakt, verdoemden in hongers sfeer!

Reedlijk willen stroomt over de aarde

en die stroom rijst al meer en meer.

Sterft, gij oude vormen en gedachten!

Slaafgeboornen, ontwaakt, ontwaakt!

De wereld steunt op nieuwe krachten,

begeerte heeft ons aangeraakt!

Makkers, ten laatsten male

tot de strijd ons geschaard,

en d’Internationale

zal morgen heersen op aard!

De tweede Internationale werd geschreven in 1938, door de stalinistische schrijver Theun de Vries. Deze tekst maakte geen school:

Sta op, verschopt geslacht der aarde!

Verhongerd volk, spring in de rij,

nu ons nieuw inzicht openbaarde

de ommekeer van de maatschappij.

Oud bewind, je bent voorgoed verloren.

Onderdrukten, breek uw nood!

De wereldorde wordt herboren.

Wij waren niets. Wij worden groot.

Makkers, hoort de signalen!

Sluit uw scharen aaneen

en de Internationale

en ’t mensdom worden één.

Journalist, cabaretier en liedjesschrijver Jaap van de Merwe schreef in 1971 de derde Internationale. Zijn tekst deed veel stof opwaaien en wordt tot op de dag van vandaag soms nog gezongen door dwarse socialisten (zo hoorde ik het lied bij de crematie van Peter Drenth op 6 mei 2004):

Hé joh! Ze houen je d’r onder!

Hé joh! Ze houen je tekort!

Te gek, en ’t is dan ook geen wonder,

dat dat niet meer genomen wordt.

Nemen wij die maffe troep te grazen,

wij met z’n allen? Doe mee! Sta op!

Je kunt de zaak nooit op gaan blazen

allenig, met je dolle kop…

Nu is ’t uit! Niet meer dralen,

zet je schrap! Nog één ruk

en de Internationale

brengt alle mensen geluk!

In de kronkel ‘1 Mei’, opgenomen in Vroeger kon je lachen (1977), schrijft S. Carmiggelt:

Pieters, onze stadsverslaggever die mij in het vak opleidde, zat vol grappen en rook op alle uren van de dag naar drank.

Al lang voor Jaap van der [sic!] Merwe had hij een nieuwe tekst gemaakt op de Internationale, die hij vaak aanhief. Ik herinner me de zinnen: ‘Makkers kom, de oude klare, wacht ons in de kroeg met smart.’

Behalve deze door Carmiggelt gedeeltelijk geboekstaafde onbekende tweeëneenhalfde Internationale, is er ook nog een onbekende vierde Internationale – in 1971 dichtte Jacq Firmin Vogelaar:

Ontwaakt, verworpenen der aarde!

De tijd van slaaf-zijn is voorbij.

Het staal en geld beheerst de aarde,

de tegenkracht zijt gij!

Waar ter wereld bommen kunnen vallen,

kapitaal is algemeen!

Geknecht te zijn, draag het niet langer,

grijp nu de macht, sluit u aaneen!

Volk’ren, hoort de signalen!

Wees bereid tot de strijd!

De Internationale

vecht tot wij zijn bevrijd!

Karel ten Haaf