Het komt maar zelden voor dat iemand aan Bas vraagt wat-ie voor werk doet. Logisch: hij werkt vijfentachtig uur per week en zijn collega’s, klanten en leveranciers weten heel goed wat zijn taken bij Walstra en Verhulst zijn. Je kan zeggen dat hij een onmisbare schakel is, maar daarmee doe je hem tekort. Wie anders bij Walstra en Verhulst kan, zoals hij, een telefoongesprek in twee gebroken talen gaande houden en daarbij ook nog eens de bedoelde bestelling geleverd krijgen en nog op tijd ook? Wie praat de vermoeide designer er in de personeelskantine weer bovenop? En wie maakt met één opmerking een eind aan eindeloze veldslagen over de kleur van een nieuw product? ‘Hoog springen of laag springen,’ zegt hij in zo’n geval, maar volgens mij hebben we de keuze tussen oranje en oranje. En dan zou ik, in alle bescheidenheid, toch voor oranje gaan.’ Onnodig te zeggen dat het oranje product drie maanden later een keiharde kaskraker is. Bij het uitdelen van de eindejaarsbonus verzuimen zijn bazen nooit te vermelden dat er bij Walstra en Verhulst in feite maar één is zonder wie het hele raderwerk tot stilstand zou komen. Maar nu heeft hij vakantie. Een hele vakantiebungalow op een eiland voor de Tunesische kust voor hem alleen. Toen zijn vrouw vijf jaar geleden zei dat het wel leek alsof hij met Walstra en Verhulst getrouwd was, had hij de bui al wel kunnen zien hangen. In de bar van het appartementencomplex zit een vrouw alleen. Een prostituee, dat ziet hij ook wel. Ze spreekt Frans en een beetje Engels. Wonderlijk hoe hij er ook nu weer in slaagt het gesprek in twee gebroken talen gaande te houden. Maar als ze vraagt wat hij voor werk doet, krijgt hij haar toch niet uitgelegd wat ze nou precies doen bij Walstra en Verhulst.

Erik Nieuwenhuis

Eerdere afleveringen van Toekomstdromen verschenen op Woordsoep.