Vlaams geweld

Zaterdagavond ging het bij Literaturia allemaal een tikje anders dan gewoonlijk. Om al te zweterige toestanden te voorkomen werden de stoelen naar buiten gebracht en schuifelde nieuwsgierig geworden publiek rap het terras van de tent op. Volle bak voor de Gentse mannen en vrouw van dichterscollectief De Wolven van La Mancha. De roedel jonge dichters, die naar eigen zeggen ‘verscheurt, klauwt, spuwt, kotst en botst’, werd vertegenwoordigd door Bob Minne, Marie Follebout, Philip Volckaert en Bardthesque. Onversterkt, waardoor de één wat beter verstaanbaar was dan de ander, namen zij het op tegen het pauken- en techno-offensief van de grote jongens uit de buurt. Probeer dan maar eens een zin als: ‘haar haar was me /zijne zinnen zijden zijdig’ (Philip Volckaert) over te brengen. Het feit dat dit citaat toch te lezen is zegt iets over de strijdkracht van de wolven, die het niet bij huilen lieten.

Een beetje anders dan normaal was ook het optreden van Guard Avant, niet in de laatste plaats omdat zij in volkomen stilzijgen hun zegje deden. Gewapend met prei marcheerden ze het festivalterrein op. Nietsvermoedende voorbijgangers werden staande gehouden, gefouilleerd, bekeken, betast en ja, geslagen. Met prei. De leden van Guard Avant verkenden de grenzen van het publiek. Bezoekers van Noorderzon bleken erg tolerant: zelfs toen een dame (onbedoeld) op de grond werd gewerkt, bleef haar partner er vrolijk bij staan lachen. Een beetje raar. Vonden de acteurs zelf, achteraf.

(afbeelding prei van Wikipedia)