Roos bij gedenksteen Bruno Schulz

Vandaag, 19 november 2012, is het precies 70 jaar geleden dat de Pools-Joodse schrijver/kunstenaar Bruno Schulz (1892-1942) werd doodgeschoten. Dat gebeurde in het provinciestadje Drohobycz, destijds deel van Polen, anno nu gelegen in Oekraïne. Drohobycz is tevens de plek waar Schulz werd geboren en het grootste deel van zijn leven heeft gewoond. De magnifieke verhalen uit zijn bundel De Kaneelwinkels spelen zich allemaal hier af. De fotograaf en ik móésten hier dus wel naartoe, maar naar Drohobycz willen is één ding, er geraken een tweede. Goddank beschikt de fotograaf over een degelijke auto en voldoende rijervaring om de Oekraïnse wegen vol gaten te trotseren. En met slechts een kapotte voorruit bereikten we na een lange tocht dan ook het verre oord.

En daar sta je dan, op het marktplein, omringd door welwillende Oekraïners maar niet in staat een paar woorden met hen te wisselen. De naam Bruno Schulz bleken ze allemaal te kennen (dat viel uit hun lichaamstaal op te maken) maar wat er vervolgens over hem werd gezegd, wáár onze speurtocht naar de schrijver moest beginnen, bleef in mistige klanken gehuld. In de lokale boekhandel hadden we meer geluk: er was nog 1 exemplaar van een zwaar door vocht beschadigd boekje te koop over Schulz in Drohobycz. Met foto’s. Een kassa hadden ze niet, dus na bij het telraam afgerekend te hebben liepen we met het boekje in de hand weer de straat op, jawel, de ‘straat van de krokodillen’.

Aan de hand van de foto’s bleek het ook niet moeilijk het parkje te vinden waar Schulz door een wraakzuchtige officier van de Gestapo in 1942 werd gefusilleerd. Grote zwermen kauwen en kraaien cirkelden boven de, op de exacte plek aangebrachte, plaquette. Zo moest het zijn, en zo was het.

In Schulz’ absurdistisch universum is heel veel mogelijk en niets vreemd. Het verbaasde me dan ook in het geheel niet dat het huis in de Florianskistraat, waar Schulz in zijn jonge jaren met zijn ouders woonde, heden ten dage streng bewaakt wordt door een Duitse herder.

Roos Custers (foto’s: © Dolf Verlinden)