Weed-wodka en kolen- en staalmeisjes op pakjesavond

Pjotr heeft zichzelf op sinterklaasavond opgesloten in een kast, die dienst doet als bibliotheek sinds Marie bij hem is ingetrokken en de bibliotheek gebruikt wordt als woonkamer, en probeert iets te verzinnen om te zeggen tegen Marie. Iets wat zijn eeuwige liefde voor haar duidelijk maakt. Negerhenkie is op weg naar Pjotr met alcohol en twee hoeren. In het begin van Het heerlijk avondje van Aat Ceelen wordt een situatie geschetst die typerend is voor het werk van Ceelen. Eigenaardige figuren aan de rafelranden van de samenleving bevinden zich in absurde, benarde posities.

De personages kenden we al uit Ceelens eerdere roman De Pjotr story en ze zijn niet wezenlijk veranderd, maar hun situatie is dat wel. Marie en Pjotr zijn een proefhuwelijk begonnen en wonen samen. Nu ja samen, Marie beneden met de hond en Pjotr boven in de kast ofwel bibliotheek. Pjotr is op zoek naar een gedicht of, beter nog, een woord waarmee hij zijn eeuwige liefde voor Marie kan bezegelen en waarna hij haar een liefdesbaby kan schenken: ‘Het ging erom dat woord te vinden; dat woord, ‘dat nog in zwijgen rijpt‘.’

Het is een vreemd voornemen natuurlijk, maar voor Pjotr volledig logisch. Hij houdt zich vooral bezig met het drinken van alchol in grote hoeveelheden en het in het wilde weg beredeneren van de meest uiteenlopende dingen. Zo had hij ooit een wereldgodsdienst willen beginnen die ‘de mensen verlossen zou van alles waar ze verlost van moesten worden, de dood incluis, maar vooral van hun gedaas’. Het zijn eigenaardige, maar buitengewoon vermakelijke gedachten die Pjotr heeft. Ze worden ons voorgeschoteld in prachtige formuleringen, die toch vol zitten met schuttingtaal. Die mengeling van verhevenheid en drassige diepten maakt het een voorrecht om mee te reizen door de geest van Pjotr, al kom je er geen meter mee vooruit.

De gedachtekronkels van Pjotr worden af en toe onderbroken door telefoongesprekken met Negerhenkie en momenten waarin Pjotr zich volledig dient te wijden aan de drank. Hij wordt langzaam dronken terwijl Negerhenkie hem op de hoogte houdt van alle tussenstoppen die hij met de hoeren maakt onderweg naar Pjotrs huis. Want, zo weet Henkie te vertellen, de meter van de taxi loopt door en Pjotr moet straks wel gaan betalen. De hele avond lang blijft Pjotr volharden in zijn geloof dat ene woord te vinden waarmee alles goedkomt. Tegelijkertijd zien we de rampspoed rond hem steeds groter worden. Zeker als Negerhenkie en ‘de kolen- en staalmeisjes’ de plaats van bestemming uiteindelijk bereiken. Vanaf dat moment is het moeilijk te geloven dat deze sinterklaasavond nog enige verlossing zal bieden.

Het is moeilijk te geloven dat de soep in werkelijkheid ooit zo heet wordt gegeten als dat hij door Ceelen wordt opgediend. Toch blijft het verhaal van begin tot eind boeien door de meesterlijke stijl. Prachtige stapelzinnen die je constant weer meeslepen en in de lach laten schieten. Alles geschreven in een zeer zorgvuldig, soms zelfs deftig taalgebruik, waarmee de grootste smerigheden worden blootgelegd.

Vergelijkingen met schrijvers als Brusselmans en Verhulst dringen zich op, maar Ceelen creëert toch een heel eigen universum. Een universum waarin het vaak snakken naar adem is tussen alle ellende en waarin je even vaak niet meer bij komt van het lachen. De hoop dat het uiteindelijk goed zal komen voor de hoofdpersonen lijkt ijdel, maar laat het maar aan Ceelen over om uiteindelijk toch nog met een vorm van loutering op de proppen te komen. Al betwijfel je als lezer sterk of ze aan het einde van het boek nu echt beter af zijn dan aan het begin. Tussendoor zijn we in ieder geval getuige geweest een heel merkwaardige pakjesavond. Eén die we niet snel zullen vergeten. Voor wie niet alleen houdt van marsepein en borstplaat maar ook van weed-wodka en Wit-Russische hoeren is Het heerlijke avondje het beste sinterklaascadeau dat je je kunt wensen.

Gideon van Ligten

Aat Ceelen – Het heerlijk avondje. De Kring, Amsterdam. 144 blz. € 14,95.