Een kleine geschiedenis

Marre van Dantzig omschrijft Zolang niet alles is verteld in de ondertitel als ‘een kleine kroniek van mijn vader’. Ze tekende de geschiedenis op van een gewone Nederlandse man, geboren in 1922. Dolf van Dantzig vluchtte met zijn Joodse familie tijdens de Tweede Wereldoorlog naar Zwitserland. Direct na de oorlog vertrok hij naar Australië, waar hij richting probeerde te geven aan zijn toekomst als journalist, of radiomaker, of schrijver.

Van Dantzig wist niet goed wat hij wilde en kwam na mislukte pogingen tot het opzetten van een wervelende carrière terug naar Nederland. Hij trouwde er, stichtte een gezin en vond een baan bij een textielbedrijf. Vlak na de geboorte van de eerste van drie dochters werd hij door zijn werkgever uitgezonden naar Bombay. Na het nodige bureaucratische oponthoud emigreerden ook vrouw en kind naar India, maar het verblijf was van korte duur. Niet veel later, een aantal weken na de geboorte van de tweede dochter (Marre), keerde Van Dantzig opnieuw terug naar Nederland, deze keer voorgoed. Hij werd zakelijk leider van het Concertgebouworkest, een functie die hij bekleedde van 1968 tot aan zijn pensioen in 1983. In 2006 overleed Dolf van Dantzig.

Het is geen buitengewoon verhaal dat Marre van Dantzig heeft opgeschreven. Haar vader was een interessante man, maar geen hoogvlieger. Ze laat daar geen misverstanden over bestaan: ze heeft een kroniek geschreven, geen heldendicht. Zonder scrupules beschrijft ze naast haar vaders kwaliteiten – die er genoeg zijn – ook zijn mankementen: de onzekerheid, het zelfmedelijden tijdens de mislukte avonturen in het buitenland, een lichte arrogantie en ongeduld, waardoor vader Van Dantzig soms ook onhebbelijk werd. De weergave van haar vaders levensgeschiedenis wisselt de schrijfster af met fragmenten waarin het ziekteproces in aanloop naar zijn dood zich aftekent. De hulpeloosheid van Van Dantzig, die steeds verder verdwaalt in zijn geheugen en fysiek hard achteruitgaat, is aandoenlijk.

Dochter Marre heeft rake observaties, melancholieke sfeerschetsen en vertederende jeugdherinneringen op een verfijnde manier opgeschreven. Af en toe neigt ze naar al te clichématige tranentrekkers: ‘Zolang niet alles is verteld, kan hij me niet verlaten.’ Mierzoet, dit soort zinnen, maar gelukkig gaat de schrijfster er spaarzaam mee om. De tragiek die schuilt in de wetenschap dat je een ouder gaat verliezen, heeft ze zonder al te veel overdrijven weten vast te leggen door een levenslustige jonge vent af te zetten tegen een weerbarstige, verwarde bejaarde man. Daarnaast vestigt de schrijfster de aandacht op de spijt, die veel mensen bekruipt wanneer ze beseffen dat ze eigenlijk maar weinig weten van hun dierbaren – altijd op het moment dat vragen niet meer gesteld kunnen worden.

Zolang niet alles is verteld is een waardige kroniek, die ongetwijfeld recht doet aan een geliefde en deels nog onbekende vader. Er zijn geen grote, belangwekkende ontdekkingen gedaan, geen nieuwe inzichten verworven of geheimen ontdekt. Het is geen afrekening, geen zelfreflecterend relaas over de eigen jeugd. Zolang niet alles is verteld is gewoon een goed geschreven boekje over iemands vader. Niets meer, maar ook niets minder.

Marleen Nagtegaal

Marre van Dantzig – Zolang niet alles is verteld. De Brouwerij, Maassluis. 146 blz. € 17,50.