Speciaal voor Tzum bericht uitgever-directeur Mizzi van der Pluijm van uitgeverij Atlas Contact dagelijks vanaf de Frankfurter Buchmesse. Wie ontmoet ze, wat (ver)koopt ze, waar wordt over gepraat?

10 oktober

Aantal uur slaap: 4

Aantal stappen/km: 16.411/10,8

Aantal glazen wijn: 0

Gehoord: ‘Stable is the new up.’ (Markus Dohle)

Hoogtepunt van de dag: een kookboek met recepten voor de hond

Frankfurt is de grootste verzameling boekengekken ter wereld. Je kijkt je ogen uit. Elke blik om je heen in de gigantische beurshallen raakt moeiteloos gevuld met paradijsvogels en straatmussen, met redactiediva’s of schrijvers die van verlegenheid wel door de grond willen zakken, met krabbelaars die nog geen balans kunnen lezen en strakke tycoons. Allemaal zijn ze gek van boeken.

Een van de mensen die in die dierentuin al een tijdje mijn nieuwsgierigheid wekt is Markus Dohle. Een paar jaar geleden werd hij door de familie Bertelsmann vanuit Duitsland naar New York gekatapulteerd om daar hun bezit Random House te gaan leiden en vooral winstgevender te maken. Sindsdien komt hij voor in de verhalen van mijn Angelsaksische collega’s. Afwisselend omschreven als visionair of als ‘that idiot’. dohle2

En toen hij vorig jaar ook nog de fusie tussen de twee grootste algemene uitgeverijen ter wereld, Penguin en Random House, aankondigde om de strijd met bedrijven als Amazon aan te gaan, wist ik: deze man moet ik in de gaten houden.

Inmiddels is Dohle CEO van het bedrijf dat Penguin Random House is gaan heten, een uitgeverij zo groot – met vestigingen van Amerika tot India, China en alles ertussenin – dat de stand die ze volgend jaar hier op de beurs gaan inrichten zo groot wordt ‘that you will need a passport to get in’.

Dohle is zo belangrijk dat hij deze keer in zijn eentje het hele jaarlijkse Frankfurt-CEO-debat vulde. Normaal zitten daar zes boekenbedrijfbestuurders, nu alleen Dohle, de Capo di tutti capi. In de rest van de zaal: een paar journalisten, ik, en heel veel bloednerveuze werknemers van zijn bedrijf die bang zijn dat hun baan zal verdwijnen. Zogenaamd ontspannen zat Dohle op het podium, alleen aan de witte knokkels van de hand waarmee hij een zilveren pen omklemde was te zien dat ook hij bloednerveus was. Lange man, donker pak, erg Duits voorkomen en een scherpe Duitse rand in zijn stem.

De eerste honderd dagen van de grootste fusie in het boekenbedrijf ooit zitten erop. Wat heeft Dohle te zeggen? Een kleine greep:

– Hij probeert de fusie de saaiste fusie ooit te maken, zodat werknemers niet afgeleid worden en hun werk doen.

– Print zal altijd, en hij benadrukte het woord ‘altijd’, ook over honderd jaar, belangrijk zijn. Wie had ooit geacht dat het aandeel van e-books zou blijven hangen op 25 procent?

– Dohle volgt een zigzagstrategie: ‘While others go zig, we go zag.’ (Goede titel voor een businessboek, leek mij.)

– De grote uitdaging voor het nieuwe concern, dat hij per abuis vaak Penguin House noemde, is het kraken van de code voor ‘ontdekbaarheid’: hoe kunnen uitgevers lezers een boek laten ontdekken, nu boekhandels steeds meer showcases worden van bestsellers in plaats van plaatsen waar je nieuwe schrijvers kunt ontdekken?

– E-tailers (de digitale retailers) hebben de markt vergroot. Zij hebben inhoud nodig, uitgevers zoeken lezers en dus is er een win-win situatie.

– Hij wil niet de strijd aangaan met digitale bedrijven: ‘No confrontation but cooperation is my mantra.’

Een uur lang was hij aan het woord. Hij zei geen nieuwe dingen (creativiteit ontstaat alleen in kleine eenheden, schrijvers zijn de kern van het bedrijf, hoe gedecentraliseerder de uitgeverijen hoe beter), hij heeft liefde voor het vak. Maar een antwoord heb ik niet gevonden. Visionair of idioot? De tijd zal het leren.

Mizzi van der Pluijm