Collectieve schuld leidt tot collectief lijden

Eveline Vanhaverbeke (1971) heeft met Vergeten dagen een goedgeschreven thriller afgeleverd. Haar stijl is verzorgd, is zo goed als gespeend van typisch Vlaamse uitdrukkingen en zinswendingen. Het boek is mooi rond, begint en eindigt met overpeinzingen van de net gepensioneerde commissaris Gaston. Het thema is universeel: schuldigen zijn vaak tegelijk ook slachtoffers. Er is geen duidelijke scheidslijn tussen goed en fout, men opereert in het grijsgebied van het heden waar een beslissing zwaarwegende, levensbepalende gevolgen kan hebben, waar de consequenties nog niet zijn te overzien.

vergeten dagenIn het geval van Vergeten dagen is er sprake van collectieve schuld én van collectief lijden. Vrijwel iedereen weet wat er is gebeurd op het feest dat de pedante graaf van het dorpje W in de Vlaamse Westhoek ter ere van zijn veertigste verjaardag heeft gegeven, maar men heeft stilletjes besloten om de mond te houden. En op een gegeven moment zit je dan zo diep in de draaikolk, dat je er niet meer uit kunt komen. Het is te laat, eenvoudigweg te laat om nog te gaan praten. Meer dan dertig jaar leeft eenieder in W, en in de plaatsen waar sommigen naartoe gevlucht zijn, met een groot geheim. Zwijgen dat voor het verlies van de onbevangenheid, van de waardigheid zorgt. Een hoop verpeste levens. Inclusief dat van commissaris Gaston die deze verdwijningszaak maar niet uit zijn gedachten kan zetten.

Drie mensen zijn spoorloos verdwenen na het feest. De professor, een van de ‘vrienden’ van de graaf, de tien jaar oude epileptische zoon van de graaf en de zestienjarige dochter van de advocaat. Het meisje is bloedmooi, een echte flirt, een jongensgek, en dat doet je al direct in een bepaalde richting denken. Maar Vanhaverbeke weet de clou lang te verbergen. Ze heeft gekozen voor een multiperspectief. Daarbij laat ze gelukkig naast de commissaris niet meer dan vier protagonisten aan het woord komen: Charles, schoenmakerszoon, jeugdvriend van de zoon van de graaf en nu kernfysicus, Charlotte, de zus van het verdwenen meisje, nu maat in het advocatenkantoor van haar vader, Annette, de eigenaresse van de teloorgegane kroeg en Victor, de halsoverkop vertrokken huisarts.

Stuk voor stuk is hun levensloop bepaald door de verdwijningen. De toen tienjarige Charles was getuige, maar is als kind niet gehoord omdat hij niet op de gastenlijst stond. Zijn huwelijk is op de klippen gelopen, omdat hij een piekeraar is, omdat hij niet zorgeloos kan zijn. De kroeg van Annette, eens de spil van het dorp, werd nadien alleen nog gefrequenteerd door dagjesmensen. Over het hele dorp hangt een sluier van schaamte. Men kan elkaar gewoonweg niet meer in de ogen kijken. Victor was een volwassen getuige en heeft niet ingegrepen, ook voor hemzelf onbegrijpelijk, zeker gezien zijn functie. Zo zie je maar, ook weldenkende mensen kunnen door een ingrijpende gebeurtenis worden overvallen, lamgeslagen.

Alleen de advocaat en zijn vrouw zijn niet op de hoogte, net als de zenuwzieke gravin. Een vrouwmens dat nog in de negentiende eeuw lijkt te leven. De adellijke familie wordt een beetje dik aangezet. Zouden er heden ten dage nog edelen zijn die over zichzelf zeggen dat ze deftig zijn, die zo hun stand benadrukken? Het verhaal lijdt enigszins onder overgeconstrueerdheid. Binnen de verhaallijnen van de verschillende protagonisten, zijn flashbacks opgenomen over de gebeurtenissen in de jaren tachtig. Dat springen in de tijd werkt niet overal even goed. Je blijft af en toe haken, maar de verstoring van de spanningsboog is niet onoverkomelijk. Vanhaverbeke geeft heldere persoonsschetsen en weet universele thema’s als ‘de verboden liefde’ goed onder woorden te brengen.

Interessant is dat Charlotte met de lezer mondjesmaat informatie ontvangt omdat zij van iemand brieven krijgt met aanwijzingen. Maar ook zij blijft zwijgen, om andere redenen. Vanhaverbeke zet nog even je verkeerde been recht. Zijn ze wel alle drie verdwenen? Er zit een interessant einde in het laatste hoofdstuk vanuit het gezichtspunt van Gaston. De ex-commissaris wordt uiteindelijk op de hoogte gebracht van wat er allemaal is voorgevallen. Een laatste maal heeft hij W bezocht en vond daar in de achterkamer van het café Victor de huisarts en Annette. Wat gaat hij doen met zijn kennis? Bedenkt u zelf maar hoe de daders het beste gestraft kunnen worden. Zijn ze misschien al genoeg gestraft, hebben ze eigenlijk al niet levenslang? Het antwoord dat Gaston geeft – dat hier om de plot niet te bederven achterwege wordt gelaten – was een mooi einde geweest. Dan volgt nog wat gefilosofeer van zijn kant, maar dat beslaat slechts anderhalve pagina.

Vergeten dagen is als thriller geslaagd. Het had hoogstens iets strakker van opzet gekund. De schrijfster heeft (een enkele keer iets te) duidelijk literaire ambities. Wellicht de personages iets minder eenduidig neerzetten en meer focussen op hun handelingen en dan komt het gezien de verzorgde schrijfstijl wel goed.

Guus Bauer

Eveline Vanhaverbeke – Vergeten dagen. Marmer, Baarn. 284 blz. € 19,95.